Het leerplandoel “Een oplossing ontwerpen voor een probleem of uitdaging door wetenschappen, technologie of wiskunde geïntegreerd aan te wenden” komt zowel in de 1ste, 2de als 3de graad aan bod. In dit inspirerend voorbeeld vind je een situatieschets waarin we het doel hebben uitgewerkt. Het voorbeeld bouwt verder op de algemene tekst over dit leerplandoel.
Het leerplandoel “Een oplossing ontwerpen voor een probleem of uitdaging door wetenschappen, technologie of wiskunde geïntegreerd aan te wenden” komt zowel in de 1ste, 2de als 3de graad aan bod. In dit inspirerend voorbeeld vind je een situatieschets waarin we het doel hebben uitgewerkt. Het voorbeeld bouwt verder op de algemene tekst over dit leerplandoel. Deze verheldert de volgende elementen:
Het is zinvol om met je collega’s in overleg te gaan over de wijze waarop leerinhouden van Wiskunde en Natuurwetenschappen aan bod zijn gekomen en hoe samenwerking tussen de vakken kan verlopen.
Jouw grootouders plannen binnenkort de verhuis van hun woning naar een appartement op de 2de verdieping in het centrum van een stad zo’n 40 km verwijderd van hun huidige adres. Er is een standaard lift (max. capaciteit 8 personen) aanwezig in het gebouw. De verhuisdatum is gepland op een zaterdag in het late najaar. Ze vragen aan jou, logistieker in spé, een plan van aanpak om dit gebeuren in goede banen te leiden. Dat betekent dat je de volledige organisatie van de verhuis ter harte en nadenkt over een gepaste taakverdeling. Je gaat daarvoor op zoek naar mensen en middelen om dit op een veilige, ergonomische en budgetvriendelijke manier te realiseren.
Relevante criteria voor een oplossing
De volgende leerplandoelen komen nadrukkelijk aan bod. Ze staan centraal bij de didactische evaluatie van de opdracht.
Het leerplan Logistiek
In relatie tot het Gemeenschappelijk funderend leerplan I-II-III-GFL
De volgende leerplandoelen beschrijven kennis en vaardigheden die relevant kunnen zijn om de ontwerpopdracht uit te voeren. Een gerichte selectie uit deze doelen kan geheel of gedeeltelijk, vooraf of gelijktijdig aan bod komen bij de realisatie van de opdracht in de klaspraktijk.
Het is belangrijk dat de probleemstelling aansluiting kan vinden bij de beginsituatie van de leerlingen. Als leraar zal je dus moeten inschatten wat de beginsituatie van de leerlingen is en bepaalde leerplandoelen nog eens moeten toelichten zodat je tot een kwaliteitsvol ontwerp komt.
In functie van het aanwenden van wetenschappen, wiskunde:
In functie van verdere integratie van technologie en het specifieke van de studierichting Logistiek:
De kans is groot dat leerlingen snel en oplossingsgericht aan de slag gaan. Dat is niet verkeerd, maar kan ertoe leiden dat bepaalde oplossingen onvoldoende toereikend of zelfs helemaal niet passend zijn. Je stimuleert de leerlingen om gegevens te verzamelen via observatie of gerichte vraagstelling.
Je kan leerlingen in eerste instantie laten nadenken over informatie die ze nodig hebben om zicht te krijgen op de criteria waaraan de oplossing moet voldoen. In een volgende fase kan je leerlingen ondersteunen bij het genereren van ideeën en het beredeneerd maken van keuzes.
Voorbeelden van vragen die je kan opwerpen:
Natuurlijk wil je dat het probleem opgelost is of de uitdaging een antwoord heeft gekregen. Je kan denken aan een plan van aanpak met duidelijke rolverdeling en dagorde, een uitgewerkt budget …
Oplossen via het integreren van wiskunde, wetenschappen of technologie
Uitgaande van de geformuleerde probleemstelling kan wiskunde, wetenschappen of technologie in de oplossing worden geïntegreerd.
Wetenschappen
Wiskunde
Mogelijke aanknopingspunten voor technologie en het specifieke van de studierichting
Werken in teamverband, kwaliteitsbewust handelen, economisch en duurzaam handelen
Aandachtspunten veilig en ergonomisch handelen
Laden, lossen en verplaatsen van de inboedel met behulp van gepaste hulpmiddelen
Je kan verschillende werkvormen hanteren door leerlingen individueel dan wel in groepjes te laten reflecteren over de gestelde vragen. De groepen kunnen vertrekken vanuit dezelfde basiscasus, maar extra uitdagingen aangeboden krijgen (zie 2.2). Op die wijze kan je, rekening houdend met de groepssamenstelling, diversifiëren en een aantal leerlingen gaan uitdagen.
We schetsen hieronder een mogelijk lesverloop en handvatten om het ontwerpproces te begeleiden.
In een eerste fase introduceer je de uitdaging en stel je de opdracht voor als een realistische uitdaging. Je stimuleert de leerlingen om de uitdaging te verkennen: wat zijn de noden van de grootouders? Welke middelen zijn nodig om de verhuis op een veilige en efficiënte manier te organiseren in één dag?
Begeleiding door de leraar:
Leerlingen verzamelen informatie en verkennen een tweede maal het probleem zodat ze een scherper beeld krijgen van de uitdaging.
Vervolgens ontwerpen de leerlingen een plan van aanpak zoals
Begeleiding door de leraar:
Je kan ervoor kiezen om leerlingen (delen) van hun plan te laten uitvoeren in een gesimuleerde context, onderstaande acties kan je beschouwen als een praktische test om keuzes in het ontwerpproces te beargumenteren:
Tot slot heb je aandacht voor reflectie over en evaluatie van het ontwerpproces: je kan leerlingen schetsen, foto’s en beschrijvingen van keuzes laten maken of presentatiemomenten organiseren om hun ontwerpproces in beeld te brengen. Daarbij heb je aandacht voor evaluatiecriteria bij het ontwerpproces waaronder ideeën genereren, ontwikkelen en weloverwogen kiezen.
Daarnaast kan je ook evaluatiecriteria bij de oplossing in overweging nemen op basis van de criteria in het eisenprogramma zoals budgetvriendelijkheid, veiligheid, efficiëntie, respecteren van regelgeving enz.