Het viel te verwachten… Niet langer geleden dan 13 oktober 2022 ging het hierover al wel in de Onderwijscommissie, maar toen nog zónder het intussen gepubliceerde en heel boeiende Vlor-advies. Nu mét. En er was ook de ten minste even boeiende vrije tribune van Dirk Van Damme in De Tijd van 18 oktober 2022. Vijf vragenstellers: van elke fractie, behalve van Vooruit en Open Vld (nwvr: dat weerhield een lid van die laatste partij er niet van om later in de bespreking opnieuw een sneer uit te delen aan het katholiek onderwijs…), maar er was op deze dag eerst ook nog een langdurig actuadebat met minister Benjamin Dalle (over de strijd tegen de kinderarmoede, waarin nogal wat te doen was, ook over onderwijs, en heel wat politieke commotie ontstond: boterhamdozen, schoolmaaltijden, invulboeken, maximumfactuur in secundair onderwijs, …). Dus het aantal actuele vragen was beperkter dan normaal en dan moeten er keuzes gemaakt worden door de fracties. Door de bespreking van 13 oktober 2022 kan ik het hier trouwens wel kort houden.
Tussen haakjes, na het voorafgaande actuadebat volgde een korte schorsing… gevolg: om 17.05 uur, toen de werkzaamheden hervat werden voor deze actuele vragen, waren er amper aanwezigen op de banken…, maar minister Weyts was er wel, uiteraard. Beschamend: eerst dat actuadebat, en nu de povere aanwezigheid bij deze actuele vragen, tja…
Maar goed, algemeen gesproken werd het debat van 13 oktober in de Onderwijscommissie eigenlijk een beetje overgedaan. Maar er werd nog iets toegevoegd ook: nog een ánder advies over dezelfde zaak, namelijk het SERV-advies. De actuele vragen van vier van de vijf betrokkenen kwamen hierop neer: wat ging minister Weyts doen met dat Vlor-advies? De actuele vraag van zijn partijgenoot Koen Daniëls betrok precies dat SERV-advies bij de zaak en luidde: “Wat is uw reactie op die twee recent uitgebrachte adviezen die diametraal tegenovergesteld zijn?”. Over dat laatste toch nog graag een woord, want voor het overige, hoorde ik, niet onlogisch uiteraard, dezelfde politieke standpunten, niet alleen van 13 oktober 2022, maar van álle voorgaande keren dat het over dit inderdaad fundamentele debat gegaan was in het Vlaams Parlement.
Stonden die adviezen zo diametraal tegenover elkaar? En ik betrek daar meteen ook de twee tegenstemmen in het Vlor-advies bij: van het GO! en van POV. Het rare is, vind ik, dat meerdere kritische vragen en bedenkingen die in het Vlor-advies gesteld worden, toch óók terugkomen bij de tegenstemmers én evenzeer in het SERV-advies. Dus zo kritiekloos waren ook die alvast niet. Mij is het na alle voorgaande besprekingen en die van deze plenaire vergadering duidelijk dat allerlei elementen van dit verhaal tóch nog niet zo duidelijk zijn, wat betekenis en precieze effecten ervan betreft. Alle stellige beweringen over de conclusies van allerlei wetenschappelijk onderzoek ten spijt: zeker bij dit soort onderwerpen is wetenschappelijk onderzoek vaak heel wat genuanceerder en voorzichtiger dan sommigen het nu willen doen voorkomen. Maar goed, we zullen zien hoe het proces voortloopt. En hoe dan ook, bij wie die hele centrale toetspraktijk (maar uiteraard ook álles daarrond) daadwerkelijk mag gaan doen zal een draagvlak gecreëerd moeten worden… tot spijt van wie het benijdt.
Lees de bespreking van de “Actuele vraag over het vernietigende advies van de Vlaamse Onderwijsraad betreffende de centrale toetsen van Elisabeth Meuleman, over het Vlor-advies betreffende de Vlaamse toetsen van Loes Vandromme, over het advies van de Vlor betreffende de invoering van centrale toetsen van Kim De Witte, over de adviezen inzake de Vlaamse toetsen van Koen Daniëls en over het Vlor-advies bij het voorontwerp van decreet over de Vlaamse centrale toetsen van Jan Laeremans” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen