Een blik op leerplandoel 14

Het leerplandoel vraagt dat leerlingen aspecten van specifieke regelgeving met een impact op de uitoefening van veiligheidsberoepen analyseren. In deze inspiratiefiche willen we je als leraar handvatten en inspiratie aanbieden om het leerplandoel met voldoende diepgang te realiseren.

Leerplandoel 14 (LPD 14)

sla link op in klembord

Kopieer

De leerlingen analyseren aspecten van specifieke regelgeving met een impact op de uitoefening van veiligheidsberoepen.

Opmerking: je kan leerlingen ook inzichten vanuit andere leerplandoelen, bv. LPD 13, laten inzetten bij het analyseren van specifieke regelgeving.

Inhoud

sla link op in klembord

Kopieer

Wat moet er minimaal aan bod komen (in didactiek en evaluatie):

  • minstens 2 aspecten van specifieke regelgeving;
  • met een impact op de uitoefening van veiligheidsberoepen.

Je kan in de studierichting defensie en veiligheid aandacht hebben voor verschillende regelgevende kaders waarbinnen veiligheidsberoepen functioneren. Afhankelijk van het organisatiemodel van de school en de plaats van gastdocenten binnen de opleiding, zal je keuzes maken over de realisatie van dit leerplandoel. Onderaan de webpagina vind je een aantal reflectievragen die de vakgroep kan hanteren.

Handelingswerkwoord analyseren in relatie tot de inhoud van LPD 14

sla link op in klembord

Kopieer

Verbanden zoeken tussen gegeven data en een (eigen besluit trekken).

Deze omschrijving van analyseren vinden we terug in het glossarium van het leerplan. Dit moet je steeds bekijken in relatie tot de inhoud van het leerplandoel. Bij LPD 14 verwachten we dus dat leerlingen verbanden zoeken tussen een aspect van specifieke regelgeving en de impact op de uitoefening van het betreffende veiligheidsberoep. 
Analyseren wordt interessant als je de gemaakte analyse zinvol gebruikt en een besluit formuleert. Enkele aandachtspunten bij dat analyseren:

Er wordt 'iets' ontleed

sla link op in klembord

Kopieer

  • Dat 'iets' heeft een zekere complexiteit (met relevante, minder relevante en niet relevante aspecten) zodat het niet volstaat om louter op begripsniveau te werken.
  • Bij het ontleden kunnen er al verbanden worden vastgesteld.
  •  Dat 'iets' kan vanalles zijn: een casus, artikel, film ...

Bij LPD 14 gaat dat iets over een aspect van specifieke regelgeving met een impact op een veiligheidsberoep.

Degene die analyseert doet dat altijd met een bepaalde ‘bril’​

sla link op in klembord

Kopieer

Bij LPD 14 is de bril de info (kennis, inzichten  …) over een aspect van specifieke regelgeving (bv. regelgeving over het dragen van bodycams (wet op het politieambt). We gaan vanuit die bril kijken naar wat de regelgeving, bv. in een specifieke situatie (casus, artikel, film, getuigenis …), betekent voor de uitoefening van het veiligheidsberoep (impact), bv. het ambt van politie.

Vervolgens doen we nog iets met de analyse (het ontleden van hierboven)

sla link op in klembord

Kopieer

We analyseren niet zomaar, het heeft een doel. We hebben ervoor gekozen om te werken met twee doelen ter inspiratie:​

  • Een beargumenteerde inschatting maken (ALERT).
    = iets vaststellen, een verklaring formuleren.
    Bij LPD 14 ga je een inschatting maken vanuit de inzichten van de aspecten van bepaalde regelgeving met een de impact op het uitoefenen van een veiligheidsberoep.
  • Een beargumenteerd advies geven (ADVICE).
    = tips aanreiken, aanbevelingen doen ...
    Bij LPD 14 ga je advies geven vanuit inzichten over aspecten van bepaalde regelgeving met een impact op het uitoefenen van een veiligheidsberoep.

Kortom, de leerlingen maken een analyse én formuleren een besluit in de vorm van een ALERT of ADVICE.

Hoe kan deze info je inspireren bij didactiek en evaluatie van LPD 14?

sla link op in klembord

Kopieer

ALERT

sla link op in klembord

Kopieer

Enkele inspiratievragen met als doel om een beargumenteerde inschatting te maken (alert):

  • Handelt de beoefenaar van het veiligheidsberoep volgens de vigerende regelgeving? Of stel je iets vast dat je zou signaleren aan een leidinggevende/een collega … Indien je iets zou signaleren: wat zou je signaleren en waarom?

  • Is de klacht van een betrokkene in de casus terecht volgens de vigerende regelgeving? Waarom wel of waarom niet?

  • Kan je een bepaald gedrag, gedachten of emoties van de betrokkenen verklaren als je de situatie bekijkt vanuit de bril van de regelgeving (samenhang met LPD 13)?

  • Kan je aangeven hoe de regelgeving de uitoefening van het veiligheidsberoep beïnvloedt?

Tip: je kan aan de hand van volgende items bepalen of de vraag die je leerlingen stelt, aansluit bij de verwachtingen van het leerplandoel:

  • Analyseren met als doel om een beargumenteerde inschatting te maken. De leerling moet vanuit de inzichten over aspecten van de regelgeving een verklaring geven voor, een interpretatie maken over de impact op de uitoefening van het veiligheidsberoep of kunnen motiveren of de bewakingsagent, politieagent … in de situatie handelt volgens de vigerende regelgeving.

  • Het gaat over een aspect van specifieke regelgeving. Bepalen op basis van de situatie in de casus.

  • Het gaat over aspecten met een impact op de uitoefening van een bepaald veiligheidsberoep. Bepalen op basis van het vermelde gedrag in de casus: bv. de Wet op het ambt van Politie, de Wet op de Private Veiligheid …

Er wordt vanuit een bepaalde bril (inzichten over een aspect van de regelgeving: taken, bevoegdheden, richtlijnen …) gekeken naar de uitoefenen van het beroep of naar het handelen van de beroepsbeoefenaar.Je kan de leerling, bv. vanuit de relevante regelgeving laten concluderen of bv. een klacht tegen de beroepsbeoefenaar terecht is.

Mogelijkheden tot verdieping (ALERT)

sla link op in klembord

Kopieer

Optie 1

sla link op in klembord

Kopieer

Je kan de vraagstelling complexer maken en niet specifiek vermelden vanuit welke regelgeving de leerling de casus moet bekijken, bv.

  • Bekijk de casus met een juridische blik (bril van specifieke regelgeving): zou je iets signaleren en waarom?
  • Verklaar het gedrag van x in de casus vanuit een juridische blik. Verduidelijk in je conclusie of de beroepsbeoefenaar in de casus handelt volgens zijn bevoegdheid of binnen de grenzen van het relevante regelgevende kader ... 

Optie 2

sla link op in klembord

Kopieer

Je kan de leerling gedragingen, gedachten of emoties van de beroepsbeoefenaarlaten laten verklaren vanuit het spanningsveld tussen rechten, belangen en emoties die ontstaan ten gevolgen van de bepaalde regelgeving (link met LPD 13).

Optie 3

sla link op in klembord

Kopieer

Je kan gedragingen van meerdere personen in de casus verwerken en het gedrag van beide actoren laten verklaren vanuit het spanningsveld tussen verschillende rechten, belangen of waarden. Bv. verklaar het conflict tussen de beroepsbeoefenaar en de burger/betrokkene vanuit het spanningsveld tussen rechten en belangen.

Optie 4

sla link op in klembord

Kopieer

Je kan een situatie laten verklaren vanuit het verschil in regelgevend kader waarbinnen bepaalde veiligheidsberoepen dienen te handelen. Door een casus uit te werken waarin meerdere veiligheidsberoepen optreden kan je leerlingen de casus vanuit meerdere brillen laten analyseren, bv. de wet op de private bewaking en de wet op het ambt van politie …

Mogelijkheid tot verdieping (ADVICE)

sla link op in klembord

Kopieer

Een inspiratievraag met als doel advies te geven bij de impact van aspecten van regelgeving (advice):

  • Als je als x (bv. een collega of leidinggevende) een advies moet geven aan de beoefenaar van het veiligheidsberoep in functie van het handelen volgens de vigerende regelgeving: welk advies zou je geven? Motiveer je advies vanuit inzichten m.b.t. specifieke regelgeving.

Merk op dat leerlingen alvorens een advies te kunnen formuleren een analyse moeten maken van de casus en zichzelf vragen moeten stellen als 'handelt de beoefenaar van het veiligheidsberoep volgens de vigerende regelgeving? Of ' stel ik iets vast dat ik zou moeten signaleren en waarom?'

Tip: je kan aan de hand van volgende items bepalen of de vraag die je leerlingen stelt aansluit bij de verwachtingen van het leerplandoel:

  • Analyseren met als doel om advies te geven. Bepalen op basis van situatie in casus.

  • Het gaat over een aspect van specifieke regelgeving. Bepalen op basis van situatie in de casus.

  • Het gaat over de impact van de regelgeving op de uitoefening van een bepaald veiligheidsberoep. Bepalen op basis van de situatie of het vermelde gedrag in de casus: bv. de Wet op het ambt van Politie.

  • Er wordt vanuit een bepaalde bril  (inzichten over een aspect van regelgeving: taken, bevoegdheden, richtlijnen ...) gekeken naar de impact op of gevolgen voor de uitoefening van het veiligheidsberoep.

Tip: Omdat je leerlingen vraagt om hun te motiveren vanuit inzichten met betrekking tot specifieke regelgeving, vermijd je dat er zomaar tips worden gegeven. Een beargumenteerde inschatting (alert)  is nodig om tot een gemotiveerd advies te kunnen komen. 
Je kan een advice graag als verdiepende opdracht geven na een alert-vraag bij de casus. Je kan ook inzetten op differentiatie en leerlingende mogelijkheid bieden om te kiezen voor een alert- of een advice-opdracht.

Inspiratie bij het bepalen van een leerlijn

sla link op in klembord

Kopieer

We kunnen niet verwachten dat leerlingen zomaar kunnen analyseren. We zullen hen moeten aanleren wat er wordt verwacht bij de analyse en het formuleren van de conclusie van een analysevraag. Bouw dit op met de leerlingen aan de hand van een leerlijn.

Geef leerlingen voldoende oefenkansen tijdens de les alvorens dit te evalueren via bv. een toets of examen. Laat leerlingen voldoende oefenen met opdrachten van eenzelfde complexiteit, met een gelijkaardige vraagstelling ...

Enkele reflectievragen voor de vakgroep

sla link op in klembord

Kopieer

Uitgangspunt: leerlingen moeten aan het einde van de derde graad het leerplandoel in voldoende mate gerealiseerd hebben. Het staat de vakgroep vrij om te bepalen met welke inhouden het doel wordt gerealiseerd. LPD 14 kan vanuit meerdere onderdelen uit de studierichting benaderd en gerealiseerd worden (bewaking, jusititie, politie, brandweer …).

  1. Werk je een leerlijn uit binnen één vak, bv. het vak recht of betrek je alle leraren die specifieke inhouden aanreiken over regelgeving (bv. bewakingsrecht) of mens en samenleving?
  2. Bepaal je dat alle leraren die specifieke inhouden aanreiken het leerplandoel realiseren en evalueren zoals het leerplandoel bedoeld is (analyseren)? Of reiken ze enkel kennis aan en verwacht je dat leerlingen in een ander vak de verworven kennis hanteren bij het analyseren van een casus? Dat betekent dat je als vakgroep een aantal geïntegreerde casussen uitwerkt en bepaalt op welk ogenblik welke inhouden aan bod kunnen komen.
  3. Werk je casussen en opdrachten uit voor de verschillende veiligheidsberoepen of kies je ervoor om in te zetten op specifieke aspecten van regelgeving die voor meerdere veiligheidsberoepen van toepassing zijn, bv. de wegcode?
  4. Verwacht je van alle leerlingen dat ze een conclusie kunnen formuleren op basis van een beargumenteerde inschatting (alert) in eenvoudige opdrachten, verwacht je van alle leerlingen dat ze ook meer complexe analysevragen kunnen beantwoorden of kies je ervoor om te differentiëren? Je kan zowel tijdens de lessen als bij toetsen of examens meerdere scenario’s aanbieden: zet je een joker (kaartje met hulpvragen) in of niet? Kies je voor de alert of adviesvraag bij de casus? Kies je voor de eenvoudige of de meer complexe casus?

Tip: noteer duidelijk de gemaakte afspraken met betrekking tot het realiseren van het leerplandoel in een verslag.

Enkele casussen ter inspiratie

sla link op in klembord

Kopieer

Hieronder vind je een downloadbare versie van enkele (uitgewerkte) casussen.

    ×
    Kijkt als...
    Niveau
    Regio