In afwachting van de “echte” budgettaire behandeling 2022 in de diverse commissies van het Vlaams Parlement konden vragen om uitleg daarover in de Onderwijscommissie niet uitblijven na de eerdere aankondiging van 112,5 miljoen euro bijkomende besparingen als vervolg op de actuele vragen over het onderwerp in de plenaire vergadering van 6 oktober 2021. We hadden de bedragen eerder o.a. in De Morgen kunnen lezen, nadat een eerste overleg tussen minister Weyts en de sociale partners op een ‘McAuliffiaans’ nuts van de kant van die laatsten afgelopen was. Maar intussen was er dus meer duidelijkheid. Vragensteller Roosmarijn Beckers overliep enkele bedragen met terecht scherpe kritiek en vroeg telkens naar verdere precisering, wat vervolgens leidde tot een redelijk voorspelbaar scenario van de kant van de minister. De meeste thema’s in dit verband waren intussen erg bekend. Alleen de specifieke ingreep in de financiering van de graduaatsopleidingen van de hogescholen klonk van iets recentere datum.
Het antwoord van minister Weyts deed grotendeels denken aan dat van 6 oktober. Plus uiteraard de vele extra middelen die voordien al toegevoegd waren aan het onderwijsbudget: het verhaal van de +1,6 miljard euro. Het was niet altijd zo eenvoudig om de precieze betekenis van het gegoochel met allerlei cijfers te vatten. Alleszins leek mij de conclusie van de minister voor een groot stuk niet juist: “Door intens overleg hebben we ervoor kunnen zorgen dat we deze besparing pijnloos kunnen doorvoeren, zonder te raken aan onderwijskwaliteit, aan aantrekkelijkheid van het lerarenberoep en aan de reguliere werking.” Wat dat laatste punt betrof, misschien wél, maar zeker niet m.b.t. de andere punten.
Dat laatste was ook te merken aan de reactie van de vragensteller en enkele interveniënten, behalve die van de twee tussenkomende partijgenoten van de minister. De metafoor van het botte mes van Koen Daniëls vond ik wel iets minder geslaagd: zelf word ik liever geopereerd met een scalpel dan met een bot mes, maar dat terzijde. Minister Weyts lichtte terloops al enkele tipjes van de begrotingssluier (over de besparing op subsidies aan allerlei organisaties (pas in 2023), de besparing op de onderzoeksmiddelen van de universiteiten (15 miljoen euro als vestzak-broekzakoperatie) en over extra middelen voor zijinstromers in het lerarenberoep (extra anciënniteit en extra knelpuntvakken)). Meer transparantie zou volgen bij de eigenlijke begrotingsbesprekingen later. Vragensteller Beckers riep de minister ten slotte op om rust te brengen in de gecreëerde onrust in het onderwijsveld.
Lees de bespreking van de “Vraag om uitleg over de aangekondigde besparingsposten binnen het domein onderwijs van Roosmarijn Beckers” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen