De parlementsleden moeten duidelijk gedacht hebben: aan de vooravond van Hemelvaartsdag nog eens zeker een paar actuele vragen reserveren voor onderwijsminister Weyts. Liefst over vier, totaal verschillende thema’s, met niet minder dan zes vragenstellers. Ik troostte me alvast met de gedachte dat er slechts één coronagerelateerde vraag bij was, maar daarover lees je kort iets elders op deze pagina’s. Eerst Arnout Coel over het nieuwe bouwprogramma “Scholen van Vlaanderen” aan zijn minister. Die had namelijk op 7 mei 2021 een voorontwerp van decreet over dat thema een eerste keer principieel laten goedkeuren door de Vlaamse regering, en wel in het kader van het relanceplan Vlaamse Veerkracht. Overigens werd intussen ook een gedachtewisseling over het Masterplan Scholenbouw 2.0 in de Onderwijscommissie geagendeerd op 20 mei 2021. Waarom dan per se ook al op 12 mei daarover een actuele vraag om uitleg gesteld moest worden? Ik kon weinig anders bedenken dan: hoe meer de zaken herhaald worden, hoe beter … Dat lijkt wel een continu devies in de politiek, niet alleen nu trouwens. Deze legislatuur valt mij dat wel des te meer op, maar dat kan dus inderdaad aan mij liggen … Puur inhoudelijk gingen de vragen overigens over zaken die al in de documenten van de Vlaamse regering voor iedereen te lezen waren … tja. Ik kan het hier dus kort houden.
Minister Weyts zette de cijfers over de vroegere DBFM-projecten op een rij en lichtte toe dat de zgn. Scholen van Vlaanderen het derde deel vormden van het DBFM-drieluik, waarvan de eerste twee delen dateerden van eerdere legislaturen. Het eerste deel “Scholen van Morgen” was het voorwerp geweest van een evaluatierapport. Ook al publiek beschikbare informatie. Maar oké, zo’n situatieschets is altijd goed om de zaken beter te onthouden. Inrichtende machten zouden nu ontzorgd worden en de private projectmanager zou ook dertig jaar instaan voor het onderhoud van de gebouwen. Plus: men kon nu als private spaarder investeren in schoolgebouwen.
Uiteraard kwamen in de verdere bespreking de klassieke elementen uit dit verhaal (opnieuw) aan bod: multifunctionaliteit (lees: toegankelijkheid van schoolgebouwen voor andere doeleinden dan onderwijs), de kwestie “DBFM versus de ‘klassieke’ investeringswijze”, de asbestproblematiek en de klimaatdoelstellingen. Niets nieuws onder de zon dus. Nieuwe middelen voor ons verouderde schoolgebouwenpatrimonium zijn altijd heel erg welkom, maar we zullen afwachten hoe dit alles heel concreet in zijn werk gaat. Wordt ongetwijfeld vervolgd.
Lees de bespreking van de “Actuele vraag over het nieuwe scholenbouwprogramma Scholen van Vlaanderen van Arnout Coel” aan minister Ben Weyts.
Reageren kan bij Wilfried Van Rompaey: wilfried.vanrompaey@katholiekonderwijs.vlaanderen