Project Verkiezingen voor de derde graad

wo 31 januari 2024

We zitten in een belangrijk verkiezingsjaar en roepen dan ook, conform de leerplannen, op om de nodige aandacht te schenken aan deze ‘hoogmis van de democratie’. Maar deze verkiezingen staan natuurlijk niet los van de casus België na 1945. Daarom geven we onderstaand traject ter inspiratie. Trek hierbij voldoende tijd uit om dit tot een succesvol project te laten uitgroeien. De leerplanrealisatie zal er alleen maar baat bij hebben. Dit project richt zich vooral naar leerlingen uit de domeinoverschrijdende richtingen met 2 lesuren geschiedenis per week. Maar aangepast valt dit zeker ook aan te raden bij de andere richtingen met 1 lesuur geschiedenis per week, eventueel in samenwerking met andere vakken. 
 
1. Het project kan kaderen binnen een thematische lessenreeks over België na 1945. Dit omvat o.m.: 

  • De historische breuklijnen in de Belgische politiek 
  • Verzuiling en ontzuiling 
  • Van unitaire naar federale staat 
  • De verzorgingsstaat 
  • België institutioneel 
  • De genese van de politieke partijen 
  • … 
Allerlei werkvormen kunnen hierbij ingezet worden. 
 
2. Daarna moeten de leerlingen klaar zijn voor een simulatieoefening politiek debat: 

In België bestaat er stemplicht. Wie op 9 juni 2024 18 jaar wordt, moet verplicht naar de stembus voor de verkiezingen van het federale, het regionale (Vlaamse) en Europese parlement. Wie 16-17 jaar is, kan vrijwillig naar de stembus voor de Europese verkiezingen. Voor de gemeenteraads- en provinciale verkiezingen vervangt vanaf oktober het stemrecht de stemplicht. 
Je moet/mag m.a.w. regelmatig je stem uitbrengen voor de samenstelling van de gemeenteraad, de regionale, nationale en Europese parlementen. Verkiezingen zijn zowat de slagaders van de democratie. Maar welke partij krijgt je stem? Op basis van welke elementen? Hoe kom je tot een bewuste stem? Wees zeker dat politiek eigenlijk met alles te maken heeft wat zich voordoet in de samenleving: werk, gezondheid, vrije tijd, onderwijs, prijzen, economie, sociale zekerheid, verkeer, milieu, lifestyle, noem maar op. Daarom is het belangrijk om vertrouwd te geraken met dat politieke leven en kritisch te staan tegenover de verschillende politieke partijen. Op die manier kun je een bewuste keuze maken en je eventueel ook zelf engageren in het politieke leven.
 
De onderstaande simulatieoefening (of rollenspel) in een politiek debat gaat ervan uit dat een opsomming van de partijen, geschiedenis en standpunten eigenlijk niet zo boeiend is. Maar een debat, waarbij je je eigen mening vertolkt over politieke materies, boeit vooral je klasgenoten die al een duidelijke mening hebben. Een aantal leerlingen is ook terughoudend om kleur te bekennen. Anderen willen vooral hun eigen gelijk halen.  
Doelstelling van deze oefening is dan ook dat je in de huid kruipt van een politieke partij en de programmapunten van die partij verdedigt in een debat.

Stappenplan

sla link op in klembord

Kopieer

1. Verdeling van de klas in 7 groepen op basis van de politieke partijen CD&V, N-VA, Vooruit, Open Vld, Vlaams Belang, Groen en PVDA. De leerlingen mogen zelf niet kiezen welke partij zij zullen vertegenwoordigen; zij doen dit via lottrekking. (Eventueel ook nog andere partijen en groepen mogelijk). Elke groep telt enkele leerlingen en verdedigt de standpunten van hun politieke partij. 

2. 3 lestijden: voorbereiding debatten. De groepsleden zoeken online naar info over hun partij, maar ook over de standpunten van andere partijen. Dit is nodig om straks in debat te treden. Zij kunnen uiteraard ook gebruik maken van andere media. De partijleden maken onderling uit wie naar welk debat zal gaan. 

3. 1 lestijd: finaliseren werkverslag. Elke partij formuleert een drietal standpunten van de eigen partij die ze tijdens het debat willen verdedigen. Daarnaast formuleren ze drie standpunten van andere partijen die ze willen aanvallen in het debat. Het werkverslag (cf. p. 2) wordt overhandigd aan de andere politieke partijen én aan de leraar/moderator.

4. 3 lestijden politieke debatten. Elke groep heeft één woordvoerder die het debat aangaat met andere woordvoerders. De andere partijleden volgen het debat, nemen er niet aan deel en zwijgen. Er wordt gequoteerd per partij op basis van de argumenten en de dossierkennis tijdens het debat en het werkverslag. Per les zijn er dus drie debatten, telkens van 15 minuten; per debat: eerst licht de vertegenwoordiger van de partij gedurende drie minuten de partijstandpunten toe; dan volgt gedurende twaalf minuten het debat met de vertegenwoordigers van de andere partijen. Het is niet zo dat je niet kunt deelnemen aan het debat als je zelf geen aanvalspunt hebt ingediend. Integendeel, het is de bedoeling dat elke partij alert is en participeert. 

5. Verkiezingen op school (1). Na de politieke debatten gaan er verkiezingen door op school. Alle laatstejaarsleerlingen nemen hieraan deel, want er bestaat stemplicht in ons land. Er kan enkel op partijen gestemd worden, niet op personen. In de loop van één schooldag (voor de lessen beginnen, tijdens de voormiddagpauze, op de middag, eventueel na schooltijd) komen de laatstejaarsleerlingen hun stem uitbrengen in een hiertoe voorbestemd lokaal.  
Na het stemmen stoppen ze hun stemformulier in de stembus. Uiteraard is het stemmen anoniem. Toch duiden zij boven de stembrief aan tot welke klas zij behoren. Ze omcirkelen de klasgroep op het stemformulier. 
De stemmen worden geteld, de stembusuitslag komt terecht in grafieken en wordt aan de leerlingen en leerkrachten meegedeeld.
 
Naar aanleiding van ‘echte’ verkiezingen, zoals dit schooljaar, kan dit politiek debat ook kaderen binnen de organisatie van een ‘echt’ politiek debat op school (of in samenwerking met meerdere scholen) met en tussen ‘echte’ politici en een professionele moderator.  

3. Evaluatie: cf. 2-d: punten worden verdiend door: 

  • De inhoud van het werkverslag: is de partij erin geslaagd om drie basisstellingen van de eigen partij op te nemen en te motiveren? Zijn de aanvalspunten niet allemaal -gemakshalve- gericht aan de partij die haaks staat op je eigen partij? Maar bijvoorbeeld ook gericht aan die partij(en) die in dezelfde electorale vijver moeten graaien? 
  • De participatie tijdens het debat: is die zinvol (genoeg)? Akkoord gaan met een andere partij is ook een vorm van participatie.  
  • Alle partijleden krijgen dezelfde punten (tenzij een partijlid opvallend minder participeert dan de andere). Partijleden kunnen dit ook schriftelijk melden aan de moderator. 
 
4. Verkiezingsdebat 
  • Wordt gehouden enkele weken voor de verkiezingsdag zelf. 
  • Nemen deel aan het debat: alle lijsttrekkers (federaal of regionaal) van de 7 partijen. Het debat wordt gemodereerd door een professionele moderator. 
  • Alle laatstejaarsleerlingen van de scholengemeenschap nemen hieraan deel. 
  • Het debat gaat door op een voor- of een namiddag tijdens de schoolweek. 
  • Enkele leerlingen uit de verschillende scholen wordt aangezocht om vragen te stellen aan de politici. 
  • Verkiezingen op school (2). Na het debat gaan de leerlingen naar school om nog eens hun stem uit te brengen: heeft het verkiezingsdebat geleid tot een bevestiging van of een ommekeer in de stembusuitslag? 
 
5. Vergelijking eigen stembusuitslag met de ‘echte’ stembusuitslag 
 
Eventueel kan op het examen van juni een vraag gesteld worden rond de stembusuitslag: in welke mate verschilt de eigen stembusuitslag met de ‘echte’ stembusuitslag van 9 juni 2024. En welke verklaringen zijn er hiervoor? Leerlingen krijgen hierbij grafieken van beide stembusuitslagen.

Recent verwant nieuws

×
Kijkt als...
Niveau
Regio