In voorbereiding op de modernisering so hebben onderwijs en sectoren betrokken bij het studiedomein Maatschappij en welzijn (personenzorg) intens overlegd vanuit een gezamenlijk streven naar een kwaliteitsvolle invulling van de nieuwe matrix met als doel leerlingen effectief competent en als beginnend beroepsbeoefenaar af te leveren aan het werkveld. Een tekort aan kwaliteitsvolle stageplaatsen in diverse settings en de impact van de (soms complexe) combinatie van federale en Vlaamse regelgeving op de eigenlijke inhoud van de nieuwe studierichtingen leiden in de uitrol van de modernisering so tot vragen over een kwaliteitsvolle invulling van een aantal nieuwe studierichtingen. Onderwijs en betrokken sectoren hebben zich van bij het begin geëngageerd om de uitrol samen te monitoren, te evalueren en inhoudelijk bij te sturen waar nodig of wenselijk en dat op basis van objectiveerbare vaststellingen en grondig overleg met alle stakeholders.
Vanuit die gezamenlijke zorg voor het uitrollen van kwaliteitsvolle opleidingen in zorg en welzijn engageren de verschillende sectoren en onderwijsverstrekkers zich in deze fase tot het monitoren en bijsturen van adviezen met betrekking tot stage.
Nieuwe regelgeving met betrekking tot het uitvoeren van Activiteiten van het Dagelijks Leven (ADL) biedt de opportuniteit om tegemoet te komen aan vragen van het werkveld. Een recente (nog niet gepubliceerde) wijziging aan de regelgeving m.b.t. de registratie van zorgkundigen biedt bijkomende stagemogelijkheden voor leerlingen in de studierichting Gezondheidszorg. De wijzigingen per studierichting vind je hieronder.
Zowel onderwijs als enkele sectoren bevraagden hun leden over stages en stagemogelijkheden in verschillende studierichtingen. Uit de resultaten leiden we volgende succesfactoren voor kwaliteitsvolle stages af:
Uit de bevraging blijkt dat het vinden van voldoende stageplaatsen in de buitenschoolse opvang, in de gezinszorg en ziekenhuizen een uitdaging blijft. De sector investeert in het stimuleren van ziekenhuizen om meer stage mogelijk te maken. Om het potentieel aan stageplaatsen te verhogen wil het werkveld scholen graag oproepen om onderling, waar mogelijk, in overleg te gaan over de planning van stageperiodes. Een betere afstemming van de planning tussen scholen die beroep doen op dezelfde stageplaatsen kunnen het potentieel verhogen.
In alle ondersteunende documenten (adviezen rond stage, stage-activiteitenlijsten …) zijn de wijzigingen geel gearceerd.
De nieuwe regelgeving rond ADL biedt kansen om binnen de set van relevante competenties uit het BK van zorgkundige in te zetten op bijkomende zorghandelingen. Dat betekent dat het toedienen van vocht en voedsel (uitgezonderd bij slikstoornissen), het bieden van hygiënische zorgen (m.i.v. bedbad) en het meten en wegen van cliënten kan worden aangeleerd en ingeoefend in de derde graad. Die aanpassingen komen tegemoet aan de noden in het werkveld en geven leerlingen meer kansen tot het inoefenen van zorghandelingen. De aanpassingen zijn mogelijk in de ouderenzorg en in de kinderopvang. In de sector van de gezinszorg onderzoekt men of de setting aan de juridische voorwaarden voldoet om ook verzorgenden de ADL-handelingen te laten uitvoeren. Pas als de rechtszekerheid voor die beroepsgroep is gegarandeerd, zullen die activiteiten in de activiteitenlijst ook aan de context gezinszorg worden toegevoegd.
Aangepaste regelgeving in de kinderopvang vraagt organisatoren kinderopvang te controleren of medewerkers beschikken over een recent uittreksel van het strafregister (model II). Opgroeien onderzoekt wat dat betekent voor stagiairs. Wanneer er meer duidelijkheid is, informeren we jullie via de nieuwsbrief.
Om leerlingen voldoende uitdagingen en kansen te bieden om te groeien op stage, wordt het begrip ‘handelen onder toezicht’ meer geconcretiseerd. In overleg met de zorgverstrekker, stagebegeleider en leerling kan worden bepaald of de leerling bij bepaalde cliënten (ouderenzorg) of kinderen (kinderopvang) taken onder strikt toezicht of onder verwijderd toezicht mag en kan uitvoeren.
Omdat uit de bevraging over de stages in de kinderopvang blijkt dat er op sommige plaatsen twijfel bestaat of leerlingen al dan niet kunnen deelnemen aan groepsactiviteiten met kinderen, wordt die activiteit zowel in de context van kinderopvang als in de context van de residentiële ouderenzorg aan de activiteitenlijst toegevoegd. In functie van de zorg om kwaliteitsvolle kinderopvang wordt ook via de activiteitenlijst gewezen op het belang van het hanteren van pedagogische vaardigheden tijdens het uitvoeren van zorgtaken.
De stageactiviteitenlijst is conform bovenstaande afspraken aangepast. Het leerplan wordt conform de afspraken aangepast. Hier vind je al de toekomstige wijzigingen aan leerplandoelen en wenken. Je kan hiermee vanaf september aan de slag.
De nieuwe regelgeving rond ADL maakt het mogelijk dat logistiek assistenten in de zorg bij bepaalde cliënten vocht en voedsel toedienen (uitgezonderd bij slikstoornissen). In overleg met de zorgverstrekker, stagebegeleider en leerling kan worden bepaald of de leerling die taak, conform het zorg- of ondersteuningsplan, bij bepaalde cliënten onder strikt toezicht of onder verwijderd toezicht mag en kan uitvoeren.
In het leerplan worden de wenken bij LPD 23 en de stageactiviteitenlijst daartoe aangepast.
Overleg met vertegenwoordigers uit de kabinetten volksgezondheid, welzijn en onderwijs bracht duidelijkheid over de regelgeving met betrekking tot de registratie tot zorgkundigen.
De regelgeving bepaalt waar leerlingen stage moeten lopen. Een aanpassing aan de regelgeving (goedgekeurd, maar nog niet gepubliceerd) verruimt het domein ‘woonzorgcentra’ naar ‘residentiële ouderenzorg’. Dat betekent dat leerlingen minstens 200 uren (van de 300 uren verplichte stage) stage moeten lopen in minstens twee van volgende domeinen: ziekenhuizen, residentiële ouderenzorg en thuiszorg. De term thuiszorg kan zowel worden geïnterpreteerd vanuit het federale als vanuit het Vlaamse regelgevend kader. Het document met adviezen over stage dat in samenspraak met de sector is opgemaakt, wordt aan de nieuwe realiteit aangepast.
Als een bepaalde locatie in meerdere domeinen is opgelijst, is dat te wijten aan verschillen tussen meerder referentiekaders. Om de speelruimte voor scholen zo breed mogelijk te houden, is er voor geopteerd om die locaties waar mogelijk toe te voegen. Zo hopen we alle leerlingen aan een kwaliteitsvolle stageplaats te helpen.
De geactualiseerde activiteitenlijst voor het volgende schooljaar vind je hier.
Aangepaste regelgeving in de kinderopvang vraagt organisatoren kinderopvang te controleren of medewerkers beschikken over een recent uittreksel van het strafregister (model II). Opgroeien onderzoekt wat dat betekent voor stagiairs. Wanneer er meer duidelijkheid is, informeren we jullie via de nieuwsbrief.
Het beschikken over een attest medische geschiktheid is eveneens een voorwaarde om stage te lopen in de kinderopvang. Met betrekking tot dat attest heb je als school de mogelijkheid om te werken
Specifieke aandoeningen die een risico kunnen vormen voor de veiligheid en gezondheid van kinderen zijn een aandoening van het zenuwstelsel of epilepsie, een hartziekte, een bloeddrukprobleem, diabetes, een besmettelijke ziekte, een alcohol- of drugsprobleem of een psychische aandoening.
Wanneer de leerling een dergelijke aandoening heeft of antidepressiva of andere psychofarmaca neemt, wordt dat vermeld en is de leerling verplicht om naar een arts te gaan die een bijkomend attest opmaakt.
Vanuit de aangepaste regelgeving over ADL wordt het meten en wegen van kinderen toegevoegd aan de stageactiviteitenlijst .
De adviezen voor stage die in samenspraak met de sector zijn bepaald, wijzigen niet voor deze studierichting.
Specialisatiejaar bso Thuis- en bejaardenzorg/zorgkundige en de duale opleiding Verzorgende/zorgkundige (oude structuur)
De nieuwe regelgeving m.b.t. de registratie tot zorgkundige is nog niet van toepassing op de studierichtingen in de oude structuur. Omwille van de overgangsmaatregelen zijn er voor het schooljaar 2024-2025 geen aanpassingen nodig.
Specialisatiejaar bso Kinderzorg en de duale opleiding Kinderbegeleider (oude structuur)
Aangepaste regelgeving in de kinderopvang vraagt organisatoren kinderopvang te controleren of medewerkers beschikken over een recent uittreksel van het strafregister (model II). Opgroeien onderzoekt wat dat betekent voor stagiairs. Wanneer er meer duidelijkheid is, informeren we jullie via de nieuwsbrief.
Beschikken over een attest medische geschiktheid is eveneens een voorwaarde om stage te lopen in de kinderopvang. Met betrekking tot dat attest betreft heb je als school de mogelijkheid om te werken
met een verklaring op eer waarin de meerderjarige leerling verklaart geen specifieke aandoeningen te hebben die een risico kunnen vormen voor de veiligheid en gezondheid van kinderen. Bij minderjarige leerlingen ondertekent de persoon die het ouderlijk gezag uitoefent de verklaring (model).
Specifieke aandoeningen die een risico kunnen vormen voor de veiligheid en gezondheid van kinderen zijn een aandoening van het zenuwstelsel of epilepsie, een hartziekte, een bloeddrukprobleem, diabetes, een besmettelijke ziekte, een alcohol- of drugsprobleem of een psychische aandoening.
Wanneer de leerling een dergelijke aandoening heeft of antidepressiva of andere psychofarmaca neemt, wordt dat vermeld en is de leerling verplicht om naar een arts te gaan die een bijkomend attest opmaakt.
Leerlingen die instromen uit de derde graad Verzorging ondergaan een medisch onderzoek in functie van stage. Daarvoor houdt men rekening met risicoanalyses in de kindervang. Dat attest blijft geldig in het 7de jaar Kinderzorg of Kinderbegeleider (duaal).