- Het beheersingsniveau van deze doelstelling staat op het niveau begrijpen bij D/A, maar bij D-VB en D is het ‘analyseren’. Dat betekent dat leerlingen dit inzicht in eigen woorden moeten kunnen toelichten bij D/A. Ze moeten dit niet kunnen toepassen of analyseren zoals bij D VB en D. Net zoals in de vorige doelstelling geldt hier dat dit inzicht wel via begeleide oefeningen en opdrachten op een hoger beheersingsniveau aangebracht kunnen worden.
- De notie ‘standplaatsgebondenheid’ zelf moeten leerlingen (nog) niet op een feitelijk niveau kennen.
- Deze doelstelling vraagt kennis van de historische context, zeker om de standplaatsgebondenheid van historische personen in te schatten. Leerlingen moeten die informatie aangereikt krijgen.
- Met deze doelstelling moet omzichtig omgegaan worden.
- Niet elke leerling wil bijvoorbeeld publiek haar of zijn politieke of religieuze opvattingen delen of ingaan op de sociaaleconomische positie. Veel hangt af van hoe veilig het klasklimaat is. Je kunt starten met algemene uitspraken over de samenleving of gemiddelde kenmerken. Denk aan de verspreiding van digitale technologie, de mogelijkheden inzake mobiliteit etc.
- Je mag mensen ook niet vastpinnen op eigenschappen. Het is niet omdat iemand katholiek is dat hij/zij per definitie bevooroordeeld zal kijken naar godsdienst in het Romeinse rijk bijvoorbeeld. Het is niet omdat iemand Belg is dat hij/zij per definitie positief zal staan tegenover Ambiorix, en negatief tegenover de Romeinen.
- Ook hier kan weer zowel binnen de leerinhouden van de tweede graad gewerkt worden als breed-historisch en vanuit deze vijfde krachtlijn: hoe kijken wij vanuit het heden naar het verleden?
- Kunst is een dankbare ingang om deze doelstelling aan te brengen. Een vergelijking van Chinese en Italiaanse beelden zegt iets over het wereldbeeld dat aan de basis ligt van de vormgeving van die beelden.
- Het kan Interessant zijn om verschillende getuigenissen uit dezelfde tijd naast elkaar te leggen en na te gaan in welke zin die – vanuit de standplaatsgebondenheid- van elkaar verschillen of op elkaar gelijken.
- Wie geen rekening houdt met de standplaatsgebondenheid van historische personages en de eigen standplaatsgebondenheid, met bijhorende waarden en normen, oplegt aan het verleden, zit vast in het zogenaamde presentisme. Dat sluipt heel snel in het taalgebruik binnen, met formuleringen als “ze hadden toen ook al…” of “ze konden toen nog niet…”. Die zinnen verraden dat je de eigen tijd als norm neemt. In zekere zin is dat onvermijdelijk: de vragen die we stellen zijn meestal ingegeven vanuit hedendaagse motieven. Net daarom is het belangrijk om gevoelig te zijn voor dergelijke uitspraken en ze te detecteren.