DE OVERGANG VAN BASISONDERWIJS NAAR SECUNDAIR ONDERWIJS: EEN FOCUS OP WISKUNDE

DE OVERGANG VAN BASISONDERWIJS NAAR SECUNDAIR ONDERWIJS:

sla link op in klembord

Kopieer

EEN FOCUS OP WISKUNDE

sla link op in klembord

Kopieer

De overgang van het basisonderwijs naar de eerste graad van het secundair onderwijs is een belangrijk scharnierpunt in de schoolloopbaan van leerlingen. Het vormt de basis voor verdere ontwikkeling in vakgebieden, waaronder wiskunde. Het ontwikkelveld ‘Ontwikkeling van wiskundig denken’ uit het basisonderwijs vormt de basis van het wiskunde onderwijs in het secundair. Dit ontwikkelveld bevat vijf kernthema’s die we in dit artikel verkennen. We kijken hoe deze thema’s bijdragen aan de opbouw van wiskundige kennis en vaardigheden, en hoe een naadloze overgang naar het secundair onderwijs kan worden bevorderd. We bespreken enkel mogelijke strategieën die leraren kunnen toepassen om leerlingen te ondersteunen bij deze belangrijke overgang. We geven de links naar de Zill pagina’s waar je als leraar de doelen van het ontwikkelingsveld: ‘Ontwikkeling van wiskundig denken‘ kan raadplegen.

Het ontwikkelveld ‘Ontwikkeling van wiskundig denken’

sla link op in klembord

Kopieer

In het katholiek basisonderwijs is het leren en leven op school gericht op de harmonische ontwikkeling van de hele persoon: hoofd, hart en handen. Dat betekent dat we investeren in de ontwikkeling van de kennis, vaardigheden, attitudes en inzicht die leerlingen nodig hebben om zelfredzaam en gelukkig te functioneren in de hen omringende wereld.

Om voorspoedig te ontwikkelen hebben de leerlingen een gids nodig. Die gids is de leraar. Geholpen door het ordeningskader van Zin in leren! Zin in leven! dat de harmonische ontwikkeling benoemt en beschrijft, kan hij/zij de leerlingen gericht begeleiden en ondersteunen. Het ontwikkelveld ‘Ontwikkeling van wiskundig denken’ vormt de basis van het wiskunde onderwijs in het secundair. We nemen de vijf kernthema’s van dit ontwikkelveld onder de loep.

Logisch en wiskundig Denken
Leerlingen worden aangemoedigd om met vertrouwen en plezier typevraagstukken en wiskundige problemen op te lossen door gebruik te maken van modellen en zoekstrategieën. Dit bevordert niet alleen hun vermogen om logisch te redeneren, maar ook om wiskundige patronen en verbanden te begrijpen. Het inzicht in wiskundige gelijkheid en algoritmes wordt hierdoor versterkt.

Getallenkennis
Een fundamenteel onderdeel van wiskunde is getallenkennis. Leerlingen maken kennis met natuurlijke getallen, breuken, kommagetallen en procenten. Het schatten van hoeveelheden en het afronden van getallen zijn vaardigheden die in dit thema worden ontwikkeld.

Rekenvaardigheid
De vier rekenwijzen - hoofdrekenen, cijferen, schattend rekenen en het gebruik van een rekenmachine - worden onderwezen om leerlingen een breed scala aan rekenvaardigheden bij te brengen. De nadruk ligt op het kiezen van de meest geschikte rekenwijze voor een bepaalde taak en het handig rekenen door eigenschappen van bewerkingen en relaties tussen bewerkingen te gebruiken.

Meetkunde
Meetkunde biedt leerlingen inzicht in ruimtelijke oriëntatie en situaties, zowel vanuit 2D-voorstellingen als in de echte wereld. Het bestuderen van vlakke en ruimtelijke figuren, evenals het onderzoeken van meetkundige relaties, zijn essentiële onderdelen van dit thema.

Meten en Metend Rekenen
Dit thema omvat het meten van verschillende fysische grootheden zoals lengte, gewicht en tijd. Leerlingen leren ook hoe ze meetresultaten kunnen schatten en hoe ze met maatgetallen kunnen rekenen, bijvoorbeeld om de omtrek of oppervlakte van een vlakke figuur te bepalen.

Het leergebied ‘wiskunde’ in het basisonderwijs legt de nadruk op begripsvorming, feitenkennis en procedures binnen de domeinen getallen, meten en meetkunde. Daarnaast is er aandacht voor wiskundetaal, strategieën en probleemoplossende vaardigheden, die essentieel zijn voor de ontwikkeling van een leerling. Uiteraard staat wiskunde niet los van andere leergebieden. De integratie van wiskunde met andere vakken is cruciaal voor de volledige ontwikkeling en groei.

De doelen van het basisonderwijs dienen als gemeenschappelijk startniveau voor alle leerlingen in de A-stroom. Leerlingen in de B-stroom hebben de leerplandoelen van het leerplan ‘Zin in leren! Zin in leven!’ niet of in onvoldoende mate bereikt. Vanaf 1 september 2022 wordt de toegang tot 1B voor leerlingen met een getuigschrift bao weer mogelijk mits een gunstige beslissing van de klassenraad van het eerste leerjaar B, een gunstig advies van het CLB en het akkoord van de ouders. De specifieke voorkennis in wiskunde van de leerlingen in de B-stroom kan bijgevolg erg verschillen. Voor extra info over de visie op observerende en oriënterende eerste graad verwijzen we naar de Pro-.site.

In de eerste graad van het secundair onderwijs worden de leerplannen verder ontwikkeld om leerlingen voor te bereiden op de complexiteit van wiskunde op hogere niveaus. De leerplannen zijn ontworpen om leerlingen te ondersteunen in hun groei en om hen uit te dagen hun wiskundige denken verder te ontwikkelen.

Strategieën voor een soepele overgang

sla link op in klembord

Kopieer

De overgang naar het secundair onderwijs is niet alleen een stap voorwaarts in de groei van leerlingen, maar ook een kans om hun passie voor wiskunde te ontdekken en te vormen. Het is een tijd waarin de basis wordt gelegd voor toekomstig succes in dit uitdagende vakgebied. Om de overgang van het basisonderwijs naar het secundair onderwijs in wiskunde soepel te laten verlopen, is het van belang dat leraren een reeks strategieën toepassen die de verworven kennis en vaardigheden van leerlingen verder uitbouwen en verfijnen.

Allereerst is het cruciaal om voort te bouwen op de bestaande kennis van leerlingen. Nieuwe lessen sluiten aan bij wat leerlingen al weten, waarbij begonnen wordt met een korte herhaling van relevante basiskennis of het activeren van deze voorkennis voordat nieuwe concepten worden aangebracht. Als de aanwezige voorkennis is opgehaald, koppel je hieraan de nieuwe leerstof die je hen gaat aanleren. Dit zorgt voor een stevige basis en bevordert het zelfvertrouwen van de leerlingen.

Om optimale leerkansen te bieden is differentiëren van belang in alle leerlingengroepen. Leerlingen in onze wiskundeles behoren immers wel tot dezelfde doelgroep, maar bevinden zich niet noodzakelijk in dezelfde beginsituatie. Zij hebben een niet te onderschatten – maar soms sterk verschillende – bagage mee vanuit het basisonderwijs, de thuissituatie en vormen van informeel leren. De lesinhoud en het tempo aanpassen op de behoeften van de leerlingen en verschillende onderwijsmethodes en hulpmiddelen gebruiken om alle leerlingen te bereiken is soms noodzakelijk.

Het versterken van basisvaardigheden zoals hoofdrekenen, schattend rekenen en het gebruik van rekenmachines bij elke leerling blijft ook in de eerste graad een aandachtspunt. Deze kernvaardigheden vormen de basis waarop verder kan worden gebouwd in het secundair onderwijs en waarin elke leerling nog groeikansen heeft. ICT in wiskundelessen kan helpen bij het aanpassen aan individuele behoeften en het bevorderen van zelfstandig leren. Technologie kan een krachtig hulpmiddel zijn om leerlingen te motiveren en te engageren.

Om de groei van elke leerling in beeld te brengen en bij te sturen waar nodig zijn effectieve feedback en (formatieve) evaluaties noodzakelijk. Evalueren kan met het geven van toetsen maar ook door controle van begrip (CVB) tijdens de lessen. Bij CVB voorzie je korte checks om na te gaan in hoeverre de leerlingen de lesdoelen of onderdelen van de les beheersen.

Door bovenstaande strategieën te combineren, kunnen leraren een omgeving creëren die niet alleen de overgang versoepelt, maar ook de sociale en emotionele overgang ondersteunt. Het doel is om leerlingen zelfverzekerd en goed voorbereid te maken voor de uitdagingen van het secundair onderwijs. Maar is de overgang van basis naar secundair onderwijs voor alle leerlingen een moeilijke stap? Het is een scharniermoment: een andere structuur die ze moeten leren kennen, een nieuwe vorm van onderwijzen, een nieuwe omgeving, andere klasgenoten. Er zijn kinderen die het daarmee moeilijk hebben. Als leraar wiskunde ben je attent voor de sociaal-emotionele aspecten die bij de overgang tussen basis- en secundair onderwijs kunnen optreden. Bij de continuering van zorg van basis- naar secundair onderwijs stellen we een warme overdracht dan ook centraal. Ondersteuning bieden waar nodig is, versterkt de zelfverzekerdheid van leerlingen bij deze nieuwe stap.

We merken dat effectieve communicatie en samenwerking tussen leraren van het basisonderwijs en het secundair onderwijs werkt om deze stap voor onze leerlingen makkelijker te maken. Volgend schooljaar organiseren we hierom netwerkdagen zodat je zicht krijgt op hoe jouw collega’s uit het basisonderwijs inzetten op sterk wiskundeonderwijs en wissel je ervaringen over effectieve didactiek, brede basiszorg en differentiatie uit.
Houd de leerplannennieuwsbrief wiskunde in de gaten voor het laatste nieuws over deze netwerkdagen!

×
Kijkt als...
Niveau
Regio