Leerplandoel 29

De leerlingen onderscheiden het samenleven in een historische of actuele democratie en een rechtstaat van het samenleven in andere historische of actuele regimes.

Afbakening

sla link op in klembord

Kopieer

  • Basisbeginselen
  • Bestuur
  • Inspraak
  • Vertegenwoordiging
  • Besluitvorming
  • Rechten: burgerrechten, mensen- en kinderrechten
  • Vormen van rechtvaardigheid: sociale en politiek

Waarom?

sla link op in klembord

Kopieer

Net zoals andere concepten laat het begrip democratie zich pas goed vatten in vergelijkend perspectief. Leerlingen in het secundair vormen nog volop hun politieke opvattingen en stellen kritische vragen, ook over de democratie. Soms pleiten ze ook voor andere, meer autoritaire bestuursvormen. Het is belangrijk om expliciet in te gaan op hun argumenten en die kritisch te duiden. Een historische context kan daarbij helpen, zowel om de sterktes als de zwaktes van democratieën te bespreken.

Wat?

sla link op in klembord

Kopieer

De leerlingen vergelijken een hedendaagse of historische democratie en rechtstaat met een ander soort regime, actueel of historisch.

Aandachtspunten

sla link op in klembord

Kopieer

  • Dit doel is gebaseerd op een eindterm uit de sleutelcompetentie burgerschap.
  • Het beheersingsniveau van deze doelstelling staat op analyseren. Leerlingen moeten dus actief een vergelijking maken en zelf gelijkenissen en verschillen kunnen benoemen. Je kunt hen wel vooraf de nodige context meegeven om een dergelijke oefening te kunnen doen: input tijdens de les, een informatieve tekst, historische bronnen.
  • De begrippen uit de afbakening zijn niet letterlijk te kennen. Leerlingen moeten de achterliggende ideeën in eigen woorden kunnen toelichten. Je moet dus geen uitgebreide lessenreeks geven over de democratie.
  • Het is hierbij belangrijk dat leerlingen inzien dat begrippen historische periode-gerelateerd zijn en dus een wisselende inhoud hebben. Dit inzicht is heel belangrijk voor jonge leerlingen. Dit geldt uiteraard ook voor de rechtsstaat. Leerlingen moeten begrijpen dat onze huidige rechtsstaat van recente makelij is en dat met andere woorden recht in de geschiedenis een heel andere invulling kreeg dan vandaag het geval is. De verwijzing naar de scheiding van de machten ligt hier zo voor de hand.
  • Het hedendaags perspectief omvat zowel de eigen leefwereld (denk aan de school) als de (politieke) actualiteit. Wat dat laatste betreft kan je verschillende niveaus onderscheiden, bijvoorbeeld het land of de gemeente.
  • Je kunt de vergelijking laten maken tussen twee historische samenlevingen, een historische en een actuele en twee actuele samenlevingen. Aangezien het hier over het leerplan geschiedenis gaat, gaan we er van uit dat er een historisch element deel uitmaakt van de vergelijking.
  • Bij een dergelijke vergelijking is het cruciaal om niet in de valkuil van het presentisme te vallen. Samenlevingen moeten in hun historische context geplaatst worden.
  • Bij zo’n vergelijking komt het waardeoordeel snel om de hoek loeren, met de democratie als moreel richtpunt. Niet-democratische regimes worden dan als minderwaardig bekeken. Historici zullen de democratie altijd ondersteunen omdat echte, vrije wetenschap alleen maar gedijt in een democratie. Dat betekent niet dat ze niet-democratische regimes zo genuanceerd mogelijk bestuderen en zich proberen inleven in de beweegredenen waarom dergelijke systemen ontstaan zijn en het volgehouden hebben.
  • Hoewel het strikt genomen geen onderdeel vormt van deze doelstelling, kan het interessant zijn om te onderzoeken in welke context een democratie ontstaat maar ook in welke omstandigheden een democratie ten onder gaat.
  • Hetzelfde geldt voor de rol van propaganda. Autoritaire regimes zetten daarop heel sterk in, dat is een constante in de geschiedenis. Je moet opletten dat je in de geschiedenisles dergelijke beeldvorming voldoende kritisch duidt. Stel je de Egyptische farao’s als almachtig voor, of heb je ook oog voor periodes waarin het centrale gezag verzwakt en versnipperd was?

Hoe?

sla link op in klembord

Kopieer

Je kunt gebruik maken van instructieve filmpjes, op een verschillend abstractieniveau:

  • Een korte clip op schooltv.nl over het verschil tussen democratie en dictatuur (zonder historische context): https://schooltv.nl/video/democratie-en-dictatuur-het-volk-versus-een-alleenheerser/
  • Prof. Bruno De Wever heeft voor de Universiteit van Vlaanderen een zeer interessante lezing gegeven over de vraag “Kan een dictator de wereld redden?”. Hij duidt in dat fragment onder meer het begrip dictator in de context van de Klassieke Oudheid. Je vindt het fragment hieronder.

Hier staat ingevoegde content uit een social media netwerk dat cookies wil schrijven of uitlezen. Je hebt hiervoor geen toestemming gegeven.Klik hier om dit alsnog toe te laten.

Het weekblad The Economist houdt een ‘rangschikking’ bij van het democratisch gehalte van regimes. Het kan een goed vertrekpunt zijn voor een les over burgerschap: welk land hoort thuis in welke categorie? Wat bepaalt in welke categorie een land terechtkomt? Meer info op https://nl.wikipedia.org/wiki/Democratie-index_van_The_Economist.

Over deze databank

In deze databank ondersteunen we je vanuit de pedagogische begeleiding tot op de klasvloer. Je vindt hier didactische tips, praktijkvoorbeelden, leerinhoud ...

×
Kijkt als...
Niveau
Regio