De specifieke reglementering voor ondersteunend personeel zoals opvoeder en administratief medewerker.
Naast de bepalingen die gelden voor alle gesubsidieerde personeelsleden gelden voor de leden van het ondersteunend personeel in het bijzonder:
Binnen de categorie van het ondersteunend personeel wordt niet alleen een onderscheid gemaakt tussen de verschillende ambten (opvoeder, administratief medewerker en ICT-coördinator), maar ook tussen het buitengewoon secundair onderwijs (alle opleidingsvormen) en het gewoon secundair onderwijs.
Zie voorbeeld 1 hierna.
Benoeming op basis van wedertewerkstelling of verlof voor een tijdelijke andere opdracht
Bij benoeming op basis van een wedertewerkstelling of verlof voor tijdelijke andere opdracht (TAO):
Sinds januari 2024 beperkt de overheid vaste benoemingen op basis van een tijdelijke andere opdracht niet enkel tot het volume van de TAO, maar ook tot de betrekking zelf van de tijdelijke andere opdracht. Dit betekent dat je vanuit een tijdelijke andere opdracht niet kan worden benoemd in een andere betrekking van hetzelfde ambt, of in een ander ambt.
Schoolbesturen in het gewoon onderwijs kunnen rekening houden met bepaalde diensten die personeelsleden hebben gepresteerd in het buitengewoon onderwijs. In het kader van vaste benoeming kan een schoolbestuur maximaal 290 dagen dienstanciënniteit uit een wervingsambt van het buitengewoon onderwijs beschouwen als anciënniteit in een wervingsambt van het gewoon basis- of secundair onderwijs (zie de mededeling "Dienstanciënniteit in het kader van TADD, vaste benoeming en reaffectatie"). Zie voorbeeld 2 hierna.
Een personeelslid is op 31 december voor doorlopende duur aangesteld als opvoeder in het buso. Hij heeft gekandideerd voor benoeming in een betrekking van opvoeder in een gewone secundaire school. Ook al is het schoolbestuur bereid om de diensten in aanmerking te nemen die dit personeelslid in het buso heeft gepresteerd, toch kan hij niet worden benoemd in het gewoon so, aangezien hij niet in dat ambt (opvoeder gewoon so) is aangesteld voor doorlopende duur.
Een personeelslid dat voltijds vastbenoemd is als leraar algemene sociale vorming (ASV) in het buitengewoon secundair onderwijs geniet sinds 1 september 2018 een verlof voor TAO en heeft een tijdelijke andere opdracht als administratief medewerker in het gewoon secundair onderwijs. Na vacantverklaring van deze betrekking volgens de situatie van 15 oktober 2022 kandideert hij voor benoeming in die betrekking. Voor deze benoeming is decretaal vereist dat hij op 31 augustus voordien 360 dagen anciënniteit had in het ambt van administratief medewerker in het gewoon secundair onderwijs. Als het schoolbestuur bereid is om de diensten van dit personeelslid in het buitengewoon secundair onderwijs in aanmerking te nemen, voldoet hij aan deze benoemingsvoorwaarde.
De categorie van het ondersteunend personeel met de ambten van opvoeder en administratief medewerker werd:
Deze personeelscategorie vervangt:
Diensten gepresteerd in de vroegere ambten worden beschouwd als dienstanciënniteit in de huidige ambten van het ondersteunend personeel.
De anciënniteit wordt als volgt berekend:
Een personeelslid heeft van 1 september 1997 tot 31 augustus 1998 voltijdse diensten gepresteerd als klerk-typist (een ambt in het toenmalige administratief personeel), maar werd nadien aangesteld en vast benoemd als leraar.
Op 31 december 2022 bekleedt hij via TAO een betrekking in het ondersteunend personeel. Indien hij geldig heeft gekandideerd, kan hij vanaf 1 januari 2023 worden benoemd in het ambt van opvoeder of administratief medewerker. Hij voldoet aan de vereiste anciënniteit van 360 dagen, aangezien hij zijn vroegere diensten als klerk-typist in aanmerking mag nemen voor beide ambten.
Vaste benoeming is niet mogelijk in betrekkingen die de scholengemeenschap heeft opgericht met de punten die vooraf zijn genomen voor de ondersteuning van de werking, tenzij er een scholengemeenschapinterne samenwerking (SGI) werd opgericht.
Rekening houdend met de beperkingen verder opgesomd is vaste benoeming wel mogelijk in alle vacante betrekkingen die de scholen hebben opgericht met de punten die zij hebben gekregen bij de verdeling van de globale puntenenveloppe in de scholengemeenschap. Hierbij maakt het niet uit door welke school de punten zijn gegenereerd, noch volgens welke parameter ze zijn gegenereerd.
Dank zij de samenvoeging van restbetrekkingen in praktische vakken binnen de scholengemeenschap bereikt school A op 1 februari de norm van 7 voltijdse betrekkingen PV; aldus genereert ze 120 punten. Daarvan krijgt school B 63 punten toegekend bij de verdeling in de scholengemeenschap.
Indien in school B de betrekkingen van alle vastbenoemden in stand kunnen worden gehouden, mogen deze 63 punten daar worden aangewend om één of meerdere betrekkingen van opvoeder of administratief medewerker op te richten. In deze betrekking kan een benoeming worden uitgesproken indien het personeelslid ook aan alle andere voorwaarden voldoet. Dat deze punten zijn gegenereerd door een andere school en wel volgens de parameter "voltijdse betrekkingen in PV" vormt hierbij geen bezwaar.
Vaste benoeming is enkel mogelijk in een betrekking die overeenstemt met het ambt en de puntenwaarde die vacant werd verklaard. Benoeming in een betrekking van een hogere of lagere puntenwaarde of in een ander ambt is niet toegestaan.
De puntenwaarde van de betrekking hoeft echter niet overeen te stemmen met het hoogste diploma van het personeelslid. Het personeelslid kan ook benoemd worden in een betrekking met een lagere puntenwaarde, maar de bezoldiging wordt aangepast aan het barema dat overeenkomt met de puntenwaarde.
Bij benoeming in een betrekking met een lagere puntenwaarde wordt het personeelslid bezoldigd aan het lagere barema dat bij die puntenwaarde hoort: barema 202 of 122 voor 63 punten, en barema 158 voor 82 punten. Om misverstanden te vermijden wordt de puntenwaarde van de betrekking vermeld in de benoemingsovereenkomst (zie model in de bijlage bij deze mededeling).
Door de vaste benoeming wordt de puntenwaarde van het personeelslid definitief vastgelegd. Het schoolbestuur heeft wel de mogelijkheid om een vastbenoemd lid van het ondersteunend personeel later te bevorderen op basis van zijn hogere diplomaniveau of eventueel tot barema 106, maar het is daar nooit toe verplicht. Meer informatie hierover vindt u op onze pro.-pagina rond salaris en vergoedingen.
Een betrekking van 82 punten (“ten minste bachelor”) werd vacant verklaard. Voor benoeming daarin heeft een personeelslid gekandideerd dat in een andere school is aangesteld als tijdelijke van doorlopende duur, maar niet beschikt over een diploma “ten minste bachelor”: hij/zij heeft een diploma “ten minste HSO”. Dit personeelslid (63 punten) kan niet vast benoemd worden in deze betrekking: hij/zij beschikt immers niet over het gevraagde diploma-niveau.
Op 15 oktober is een betrekking van opvoeder 82 punten vacant verklaard. Hierop is gekandideerd door personeelslid A dat een diploma van master bezit. Indien A (master) op 31 december is aangesteld voor doorlopende duur in het ambt van opvoeder, kan hij op 1 januari benoemd worden. Indien A (master) benoemd wordt aan 82 punten, ligt zijn puntenwaarde definitief vast en zal hij voortaan worden bezoldigd aan barema 158, tot wanneer hij eventueel wordt bevorderd.
Op 15 oktober is personeelslid met diploma master tijdelijk aangesteld in een vacante betrekking van opvoeder (120 punten). Dit personeelslid geeft ontslag op 1 november, en het schoolbestuur besluit om de vrijgekomen punten voortaan aan te wenden voor een voltijdse betrekking van opvoeder (82 p.) én een halftijdse betrekking van administratief medewerker (31,5 p.). Toch moet de vacantverklaring de betrekking vermelden zoals ze was ingericht op 15 oktober, dus als een betrekking van opvoeder (120 p.).
Aangezien deze betrekking niet meer als dusdanig is ingericht op 1 januari nadien, is er geen benoeming mogelijk, ook niet in de betrekking van opvoeder (82 p.).
Een betrekking in het ambt van opvoeder of administratief medewerker kan deeltijds worden ingericht (bijvoorbeeld x-36sten). Hierdoor is het vanaf 1 januari 2023 mogelijk om personeelsleden deeltijds vast te benoemen.
Het personeelslid bepaalt zelf voor hoeveel uren het kandideert. Een personeelslid kan niet vast benoemd worden voor een groter volume dan waarvoor het heeft gekandideerd.
Indien meerdere personeelsleden met gelijke voorrangsrechten kandideren, kan het schoolbestuur:
Eén voltijdse betrekking werd vacant verklaard.
Bevordering van het ondersteunend personeel tot een hogere salarisschaal
Eenmaal benoemd, kan een personeelslid worden bevorderd tot een hogere salarisschaal, afhankelijk van het behaalde diploma of op basis van barema 106.
Meer informatie hierover vind je in:
De bevordering tot een hogere salarisschaal kan sinds kort ook deeltijds gebeuren. Bijvoorbeeld: twee administratief medewerkers kunnen elk een salarisschaal 106 krijgen, waarvan één voor 26/36 en één voor 10/36.