Vaste benoeming in een selectie- of bevorderingsambt
Vaste benoeming in een selectie- of bevorderingsambtInhoudstafel
Een vaste benoeming in een selectie- of bevorderingsambt is enkel mogelijk in hoofdambt. Benoeming als overwerk of bijbetrekking is uitgesloten.
In welke betrekkingen is vaste benoeming mogelijk?
sla link op in klembord
Kopieer
Algemene regel
sla link op in klembord
Kopieer
Een vaste benoeming is enkel mogelijk in een vacante betrekking.
Zie punt 7 van deze mededeling voor uitzonderingen waarbij de betrekking van een langdurig afwezige directeur toch als vacant kan worden beschouwd.
Daarnaast is vaste benoeming in bepaalde betrekkingen niet mogelijk. Hieronder worden de beperkingen per onderwijsniveau opgesomd.
Beperkingen in het gewoon en buitengewoon basisonderwijs
sla link op in klembord
Kopieer
Vaste benoeming is niet mogelijk in:
Een betrekking die bij wijze van reaffectatieofwedertewerkstelling moest worden toegewezen aan een ander personeelslid.
Een betrekking van directeur coördinatiescholengemeenschap.
Betrekkingen die zijn ingericht als personeel ten laste van het werkingsbudget (PWB).
De functie van adjunct-directeur, die in het basisonderwijs onder specifieke voorwaarden kan worden toegekend aan een directeur die ter beschikking is gesteld na een vrijwillige fusie.
Beperkingen in het gewoon en buitengewoon secundair onderwijs
sla link op in klembord
Kopieer
Vaste benoeming is niet mogelijk in:
Een betrekking die bij wijze van reaffectatieofwedertewerkstelling moest worden toegewezen aan een ander personeelslid.
Een betrekking die is opgericht met punten die de scholengemeenschap voorafneemt van de globale puntenenveloppe.
Betrekkingen ingericht met de puntenenveloppe voor ICT-coördinatie.
Niet-organieke betrekkingen toegekend aan de scholengemeenschap na herstructurering van scholen.
Betrekkingen ingericht als personeel ten laste van het werkingsbudget (PWB).
Betrekkingen die deel uitmaken van een school of onderverdeling in progressieve opheffing of die slechts tijdelijk gesubsidieerd kunnen worden.
Benoeming is wél mogelijk in betrekkingen die door een school zijn opgericht met punten uit de globale puntenenveloppe, zolang deze niet vooraf zijn genomen door de scholengemeenschap.
Zodra een personeelslid benoemd is in een betrekking met punten uit de globale puntenenveloppe, behoort de betrekking tot het historisch passief van de school. De school moet haar punten eerst aanwenden om deze betrekkingen in stand te houden.
Beperkingen in het volwassenenonderwijs
sla link op in klembord
Kopieer
Vaste benoeming is niet mogelijk in betrekkingen:
die bij wijze van reaffectatieofwedertewerkstelling moesten worden toegewezen aan een ander personeelslid.
die opgericht zijn met de puntenenveloppe voor ICT-coördinatie.
in een centrum of vestigingsplaats die in progressieve opheffing is of slechts tijdelijk gesubsidieerd.
die ingericht zijn met:
Punten overgenomen van een ander centrum of voorgaand schooljaar
Punten voor ICT-coördinatie.
Punten in het kader van integratie- en inburgeringstrajecten NT2.
Vanaf 1 januari 2017 is vaste benoeming of mutatie in een selectie- of bevorderingsambt niet meer toegestaan in een centrum dat hoger beroepsonderwijs of een specifieke lerarenopleiding organiseert.
Beperkingen in internaten
sla link op in klembord
Kopieer
Vaste benoeming is niet mogelijk in:
Een betrekking van beheerder die bij wijze van reaffectatie of wedertewerkstelling moest worden toegewezen aan een ander personeelslid.
Betrekkingen ingericht als personeel ten laste van het werkingsbudget (PWB).
Vanaf wanneer kan de benoeming worden uitgesproken?
sla link op in klembord
Kopieer
In tegenstelling tot benoemingen in wervingsambten, vereist een benoeming in een selectie- of bevorderingsambt geenvacantverklaring van de betrekking en ook geenanciënniteit van het personeelslid. Zodra een vaste benoeming in een betrekking mogelijk is, kan het schoolbestuur een personeelslid hierin benoemen.
Voorwaarden voor benoeming
sla link op in klembord
Kopieer
De benoeming kan worden uitgesproken als:
Het personeelslid voldoet aan de benoemingsvoorwaarden.
De betrekking voldoet aan de voorwaarden voor vaste benoeming.
Vanaf wanneer moet de vaste benoeming worden uitgesproken?
sla link op in klembord
Kopieer
Algemene regel
sla link op in klembord
Kopieer
In de meeste gevallen geldt dat het schoolbestuur uiterlijk op het einde van het tweede volledige schooljaar waarin een personeelslid tijdelijk is aangesteld in een selectie- of bevorderingsambt in afwachting van vaste benoeming, een beslissing moet nemen.
Het schoolbestuur heeft hierbij twee opties:
Vast benoemen: Het personeelslid krijgt na een tijdelijke aanstelling een vaste benoeming in het ambt, mits het personeelslid voldoet aan de benoemingsvoorwaarden.
Terugkeer naar het vorige ambt: Het personeelslid wordt teruggeplaatst naar het vorige ambt.
Wat wordt bedoeld met een volledig schooljaar?
sla link op in klembord
Kopieer
Een volledig schooljaar loopt van 1 september tot 31 augustus. Als een personeelslid pas na 1 september in een vacante betrekking wordt aangesteld, begint het eerste volledige schooljaar op de daaropvolgende 1 september.
Automatische benoeming
sla link op in klembord
Kopieer
Als het schoolbestuur geen beslissing neemt binnen de voorgeschreven termijn van twee volledige schooljaren, wordt het personeelslid van ambtswege vast benoemd. Het personeelslid kan echter schriftelijk aangeven niet vast benoemd te willen worden. In dat geval blijft de tijdelijke aanstelling van kracht.
Een personeelslid is in 2014-2015 aangesteld in een betrekking van adjunct-directeur die is opgericht met punten die de scholengemeenschap voor secundair onderwijs voorafneemt van de globale puntenenveloppe; deze betrekking wordt gekoppeld aan school A. Vanaf 1 oktober 2015 werd dit personeelslid in diezelfde school A aangesteld in de organieke betrekking van adjunct-directeur, die vacant is geworden; vanaf dan blijft de betrokkene deze betrekking bekleden. Het schooljaar 2016-2017 zal het eerste volledige schooljaar zijn dat dit personeelslid is aangesteld in afwachting van vaste benoeming. Zijn vaste benoeming kan ingaan:
ten vroegste op de datum waarop hij wordt aangesteld in een vacante betrekking waarin benoeming mogelijk is, d.w.z. op 1 oktober 2015;
uiterlijk op het einde van het tweede volledige schooljaar waarin hij is aangesteld in afwachting van vaste benoeming, d.w.z. op 1 september 2018.
Een personeelslid vervangt een directeur die op 1 januari 2015 met pensioen gaat. Het eerste volledige schooljaar is 2015-2016, en de vaste benoeming moet uiterlijk ingaan op 1 september 2017. Personeelslid X was benoemd als directeur, en nam een volledige loopbaanonderbreking in het schooljaar 2013-2014, en nadien opnieuw vanaf 1 september 2014. Ter vervanging van de tijdelijk afwezige titularis werd personeelslid Y aangesteld. De vastbenoemde X gaat met pensioen op 1 januari 2015, zodat de betrekking vanaf die datum vacant is geworden. Het schooljaar 2015-2016 is dus het eerste volledige schooljaar waarin personeelslid Y is aangesteld in afwachting van vaste benoeming. De vaste benoeming van personeelslid Y kan ingaan:
ten vroegste vanaf de datum waarop de betrekking vacant is geworden, d.w.z. 1 januari 2015;
ten laatste op 1 september 2017. Het schoolbestuur dient zijn beslissing immers uiterlijk te nemen op het einde van het tweede volledige schooljaar, in dit geval dus op het einde van 2016-2017.
Een vastbenoemd onderwijzer is bijna twee volledige schooljaren via TAO aangesteld als directeur in afwachting van vaste benoeming. Op 1 juli van dat tweede schooljaar meldt hij schriftelijk aan het schoolbestuur dat hij in dat ambt geen vaste benoeming wenst; hij blijft aangesteld als tijdelijk directeur. Op 10 oktober nadien geeft hij aan het schoolbestuur schriftelijk te kennen dat hij toch vast benoemd wenst te worden als directeur. De benoeming moet hem onmiddellijk worden toegekend; indien ze niet wordt uitgesproken door het schoolbestuur, wordt het personeelslid geacht van ambtswege vast benoemd te zijn.
Specifieke situaties in het basisonderwijs
sla link op in klembord
Kopieer
In het basisonderwijs gelden enkele uitzonderingen op de algemene regel:
Uitbreiding van een kleuterschool tot een basisschool
sla link op in klembord
Kopieer
De directeur van de betrokken kleuterschool heeft voorrang bij een benoeming als directeur van de nieuwe basisschool. Het schoolbestuur kan deze persoon tijdelijk aanstellen als directeur voor één jaar. Als de vaste benoeming na dit jaar niet wordt uitgesproken, moet het schoolbestuur deze beslissing motiveren.
Eénklassige scholen
sla link op in klembord
Kopieer
Bij benoemingen in het ambt van directeur in éénklassige kleuter-, lagere en basisscholen kan de termijn van twee volledige schooljaren worden verlengd, zolang er geen andere kandidaten zijn die voldoen aan de benoemingsvoorwaarden.
Als vacant beschouwen van een betrekking van een directeur die langdurig afwezig is
sla link op in klembord
Kopieer
Voorwaarden om de betrekking als vacant te beschouwen
sla link op in klembord
Kopieer
Een voltijds benoemde directeur die gedurende minstens drie opeenvolgende schooljaren volledig afwezig is wegens een of meer van de volgende verloven, kan door het schoolbestuur als "vacant" worden beschouwd:
Verlof voor tijdelijk andere opdracht (TAO).
Verlof voor het uitoefenen van een mandaat (bijvoorbeeld algemeen directeur of coördinerend directeur).
Verlof wegens opdracht of bijzondere opdracht (detachering).
Politiek verlof of verlof voor vakbondsopdracht.
Verlof voor prestaties ten behoeve van politieke groepen.
Afwezigheid voor verminderde prestaties (AVP), vanaf 1 september 2017.
Belangrijke aandachtspunten
sla link op in klembord
Kopieer
Deze regeling geldt alleen voor het ambt van directeur.
Het schoolbestuur is niet verplicht om de betrekking als vacant te beschouwen.
Het feit dat de betrekking als vacant wordt beschouwd, betekent niet dat de oorspronkelijke directeur zijn benoeming verliest.
Als het schoolbestuur de betrekking als vacant beschouwt, moet dit vooraf schriftelijk worden meegedeeld aan de betrokken directeur.
Bijlage 1: Schematische voorstelling van de regeling
sla link op in klembord
Kopieer
De bijlage bevat een overzichtelijk schema van de stappen die een schoolbestuur moet volgen wanneer het besluit om een betrekking van een langdurig afwezige directeur als vacant te beschouwen.
Het schema toont de vereiste termijn van drie volledige schooljaren en de procedure voor kennisgeving aan de directeur. Het verduidelijkt wat er gebeurt als de oorspronkelijke directeur terugkeert voordat een andere directeur wordt benoemd.
Bijlage 2: Model van kennisgeving
sla link op in klembord
Kopieer
De bijlage bevat een voorbeeld van de schriftelijke kennisgeving die door het schoolbestuur aan de betrokken directeur moet worden overhandigd.
Het document vermeldt de intentie van het schoolbestuur om de betrekking als vacant te beschouwen, samen met de startdatum van deze status. De directeur moet dit document voor kennisneming ondertekenen.
Gevolgen voor de betrokken personeelsleden
sla link op in klembord
Kopieer
Gevolgen voor de vervanger/opvolger als directeur
sla link op in klembord
Kopieer
Zodra de betrekking als vacant wordt beschouwd, wordt de tijdelijke directeur aangesteld in afwachting van vaste benoeming. Vanaf dat moment begint de periode van twee volledige schooljaren te lopen waarin de tijdelijke directeur benoemd moet worden.
Wat gebeurt er als de oorspronkelijke directeur terugkeert?
sla link op in klembord
Kopieer
Voor de benoeming van de vervanger/opvolger: Als de langdurig afwezige directeur zijn verlofstelsel beëindigt voordat de tijdelijke directeur is benoemd, neemt de oorspronkelijke directeur zijn betrekking opnieuw op. De tijdelijke aanstelling van de vervanger wordt in dat geval van rechtswege beëindigd.
Na de benoeming van de vervanger/opvolger: Als de tijdelijke directeur al vast benoemd is, blijft deze titularis van de betrekking. De oorspronkelijke directeur wordt dan ter beschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking (TBS/OB).
In school A wordt de betrekking van directeur vanaf 1 oktober 2015 als vacant beschouwd. Aangezien dit nog niet het geval was op 1 september, is niet 2015-2016, maar wel 2016-2017 het eerste volledige schooljaar waarin het tijdelijke personeelslid is aangesteld in afwachting van benoeming.
De vervanger / opvolger kan worden benoemd vanaf de datum waarop de betrekking als vacant wordt beschouwd, dus ten vroegste vanaf 1 oktober 2015.
Op het einde van het tweede volledige schooljaar (2017-2018), dus uiterlijk op 1 september 2018, moet het tijdelijke personeelslid worden benoemd, tenzij het zelf van die benoeming zou afzien: zie punten 6.2 en 6.3 van deze Mededeling.
Indien het verlofstelsel van de vastbenoemde directeur eindigt alvorens de tijdelijke directeur benoemd is, eindigt de aanstelling van deze vervanger van rechtswege en neemt de vastbenoemde directeur zijn betrekking opnieuw op.
Gevolgen voor de eerst benoemde directeur
sla link op in klembord
Kopieer
De langdurig afwezige directeur behoudt zijn benoeming in het ambt en het bijbehorende barema, maar zijn recht op salaris hangt af van het type verlofstelsel dat hij opneemt.
Wat gebeurt er als de oorspronkelijke directeur terugkeert?
sla link op in klembord
Kopieer
Zonder opvolger: Als er nog geen andere directeur benoemd is, neemt de oorspronkelijke directeur zijn betrekking opnieuw op.
Met opvolger: Als een andere directeur al benoemd is, wordt de oorspronkelijke directeur ter beschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking (TBS/OB). De langdurig afwezige directeur behoudt het barema van directeur, ook bij reaffectatie of wedertewerkstelling (bijvoorbeeld als leraar).
Personeelslid A is vastbenoemd als directeur van een school. Hij heeft reeds voltijds verlof voor TAO genoten voor zijn volledige betrekking tijdens de volledige schooljaren 2012-2013, 2013-2014 en 2014-2015. Ook voor 2015-2016 kreeg hij van het schoolbestuur de toestemming voor een voltijds verlof voor TAO. Van zijn kant ging A er schriftelijk mee akkoord dat zijn betrekking als vacant werd beschouwd vanaf 1 oktober 2015.
Personeelslid B werd op 1 september 2013 tijdelijk aangesteld als directeur ter vervanging van A. Zoals overeengekomen met directeur A werd deze betrekking als vacant beschouwd vanaf 1 oktober 2015. Dit betekent:
B kan worden benoemd in de betrekking van directeur in die school van zodra die als vacant wordt beschouwd, d.w.z. vanaf 1 oktober 2015.
Indien B nog niet onmiddellijk wordt benoemd maar tijdelijk aangesteld blijft als directeur, is pas 2016-2017 het eerste volledige schooljaar waarin hij is aangesteld in afwachting van benoeming. Uiterlijk op het einde van het tweede volledige schooljaar, d.w.z. uiterlijk op 1 september 2018, wordt B ambtshalve benoemd in het ambt van directeur, tenzij B zelf voordien schriftelijk te kennen heeft gegeven deze benoeming niet te wensen.
Wanneer A zijn verlof stopzet, hangt zijn situatie en eventueel ook die van B af van het feit of B ondertussen al dan niet reeds benoemd is als directeur:
Indien B nog niet benoemd is als directeur op het ogenblik dat A zijn verlofstelsels beëindigt, neemt A de betrekking van directeur opnieuw effectief op. De tijdelijke aanstelling van B wordt van rechtswege beëindigd door de terugkeer van de titularis (A).
Indien B daarentegen op dat ogenblik reeds vast benoemd is in de betrekking van directeur in die school, blijft B die betrekking uitoefenen als vastbenoemde. A behoudt wel zijn benoeming in het ambt van directeur, maar wordt ter beschikking gesteld wegens ontstentenis van betrekking.
Volgorde voor de reaffectatie of wedertewerkstelling van de ter beschikking gestelde directeur
sla link op in klembord
Kopieer
Voor scholen die tot een scholengemeenschap behoren, gelden de volgende verplichtingen bij de reaffectatie of wedertewerkstelling van een directeur die ter beschikking is gesteld wegens ontstentenis van betrekking:
Reaffectatie als directeur in de eigen school: Eerst wordt de directeur verplicht gereaffecteerd in een niet-vacante betrekking in de eigen school, bijvoorbeeld bij ziekteverlof van de opvolger.
Reaffectatie als directeur in een andere school van hetzelfde schoolbestuur binnen de scholengemeenschap: Indien mogelijk gebeurt dit in een vacante betrekking; zo niet, in een niet-vacante betrekking.
Vrijwillige wedertewerkstelling in een ander ambt binnen de scholengemeenschap: De directeur kan vrijwillig wedertewerkgesteld worden in een ander ambt van het bestuurs- en onderwijzend personeel, zoals leraar, onderwijzer of adjunct-directeur. Deze wedertewerkstelling kan alleen doorgaan als het schoolbestuur en het personeelslid hiermee akkoord gaan. In het secundair onderwijs kan dit gaan om lesuren of "uren die geen lesuren zijn" zoals begeleiding van pedagogische taken (BPT) en taken binnen functiedifferentiatie.
Reaffectatie of wedertewerkstelling door de reaffectatiecommissie van de scholengemeenschap: De reaffectatiecommissie wijst zo mogelijk een organieke betrekking toe in een van de scholen van de scholengemeenschap.
In het ambt van leraar kan dit een betrekking zijn (lesuren en/of "uren die geen lesuren zijn") in vakken waarvoor het personeelslid een vereist bekwaamheidsbewijs heeft.
In vakken of ambten waarvoor een voldoende geacht bekwaamheidsbewijs nodig is, kan dit alleen met instemming van zowel het schoolbestuur als het personeelslid.
Toewijzing in een betrekking van directeur of adjunct-directeur in een andere scholengemeenschap is niet mogelijk als dat schoolbestuur al een eigen personeelslid in die functie heeft aangesteld.
Vrijwillige wedertewerkstelling in een andere personeelscategorie: Het personeelslid kan vrijwillig wedertewerkgesteld worden in een andere personeelscategorie, zoals het beleids- en ondersteunend personeel in het basisonderwijs of het ondersteunend personeel in het secundair onderwijs. Dit kan pas na de werking van de reaffectatiecommissie en na de aanstelling van personeelsleden met recht op tijdelijke aanstelling voor doorlopende duur in dat ambt.
Toewijzing door de Vlaamse reaffectatiecommissie: In laatste instantie wijst de Vlaamse reaffectatiecommissie een betrekking toe, bij voorkeur in een organieke betrekking en anders in een niet-organieke betrekking.