Zelfverwonding, depressie en suïcidaal gedrag kunnen vaak voorkomen worden. Preventie is dus zinvol. In de vorige punten wezen we al op het aanreiken van alternatief gedrag voor automutilatie, op beschermende factoren bij depressie. Hier formuleren we in een eerste onderdeel aandachtspunten bij de uitbouw van een preventief beleid voor een goede geestelijke gezondheid. De twee volgende gaan specifieker in op suïcidaal gedrag en minder op zelfverwonding en depressie. De aanzet die gegeven wordt tot het opstellen van een stappenplan voor acute (zelfdoding)dreiging is na enige bijstelling ook geschikt voor de opvang van leerlingen die zelfverwondend gedrag vertonen.
Bij de preventie van zelfdoding wordt er, ten gevolge van het onderscheid tussen suïcidale ideeën en suïcidale daden, ook een onderscheid gemaakt tussen preventie, interventie en postventie.
Primaire preventie heeft als doel de omstandigheden waarin depressie en/of suïcidaal gedrag zich zouden kunnen ontwikkelen, te voorkomen. Primaire preventie heeft aldus betrekking op de verschillende domeinen van de samenleving (gezondheid, arbeid, vrije tijd, …).
De kwalitatieve aanwezigheid van volwassenen (leraren, ouders ...) bij jongeren blijft belangrijk. Het is die welwillende relatie die de jongere het nodige vertrouwen moeten geven om in een gesprek zijn problematiek aan te brengen. Sommige scholen bouwen binnen die context ook peer-coaching uit.
Een eerste en belangrijke stap die de school kan zetten in het kader van preventie, is werken aan een positieve beeldvorming van geestelijke gezondheidszorg. De wereld van de geestelijke gezondheid is voor vele leerlingen (en leraren) nog onbekend en vreemd. Er bestaan nog vele stigma's, taboes en vooroordelen tegenover mensen die een beroep doen op personen en diensten die zich bezighouden met de geestelijke gezondheid. De school kan ook een bijdrage leveren om er voor te zorgen dat geestesziektes op termijn op dezelfde manier bekeken worden als lichamelijke ziektes en evenzeer een gepaste behandeling krijgen.
Werken aan positieve beeldvorming kan door:
Vroegtijdige detectie van jongeren die emotionele problemen hebben en/of een verhoogd suïcidaal gedrag vertonen is de beste preventie. Signalen ernstig nemen en tijdig ingrijpen, kan voorkomen dat een depressieve leerling of een suïcidale leerling ernstige emotionele schade oploopt. Maar ook om het geestelijk welzijn van andere leerlingen te vrijwaren is professionalisering van het schoolpersoneel geen overbodige luxe. Leraren zien soms wel de alarmsignalen maar zijn niet altijd even deskundig opgeleid om een crisissituatie aan te pakken.
De pedagogische en de congregationele begeleidingsdiensten organiseren soms lokale (diocesane) bijeenkomsten en werkgroepen die deze problematiek ter harte nemen. Ook binnen de scholengemeenschappen wordt expertise op dit vlak opgebouwd en uitgewisseld.
Naast het CLB kunnen verschillende organisaties in Vlaanderen ondersteuning bieden en de deskundigheid bevorderen. Netwerking biedt het voordeel dat de school (scholengemeenschap) er niet alleen voorstaat:
Secundaire preventie heeft als doel zelfdoding te voorkomen bij mensen die reeds concreet met suïcidale gedachten, wensen of plannen bezig zijn. Dat wil zeggen dat deze preventie zich richt op suïcidale personen alsook op groepen met een verhoogd suïciderisico.
Het centrum ter preventie van zelfdoding steunt op de volgende drie pijlers:
Nieuwe initiatieven om signalen van suïcidaal gedrag tijdig te detecteren
Internet en sociale media vormen voor jongeren een deel van hun identiteit. Deze generatie zoekt in geval van problemen online naar oplossingen. De hoge vertrouwdheid van jongeren met de internet en sociale media biedt hulpverleners mogelijkheden om signalen van suïcidaal gedrag sneller te detecteren en laagdrempelige hulp aan te bieden. Hulpverlenende organisaties in binnen- en buitenland nemen bv. initiatieven om op sociale netwerksites als Twitter, Facebook, Youtube ... aanwezig te zijn.
Het lezen van informatie over zelfdoding via het internet kan drempelverlagend werken. Daarom wil het Centrum ter Preventie van Zelfdoding (CPZ) op een zachte, maar krachtige manier aanwezig zijn op online plaatsen waar over zelfdoding wordt gesproken. Op die manier hoopt men jongeren makkelijker de stap te doen zetten naar hulpverlening.
Het internet biedt veel mogelijkheden om hulp te bieden zoals hulpverleningswebsites, chatsessies, fora, specifieke training van moderatoren om juist te reageren op signalen van suïcidaal gedrag … Er bestaat online therapie zoals emailcounseling of interapy. Het gaat dan om een laagdrempelige en anonieme vorm van hulpverlening die zeer goede resultaten kan opleveren.
Aanzetten tot een gecoördineerde begeleiding bij een acute suïcidedreiging
Wanneer scholen geconfronteerd worden met een leerling met acute suïcidale signalen kan er makkelijk paniek ontstaan. Een goede voorbereiding zorgt ervoor dat de praktische beslissingen vooraf zijn overlegd waardoor er ruimte ontstaat om aandacht te schenken aan opvang en zorg. De school kan ook steeds ondersteuning vragen van het CLB of andere externe organisaties.
Volgende vragen dienen als leidraad in het geval van een acute suïcidedreiging:
Tertiaire preventie of postventie omvat alle activiteiten die tot doel hebben de negatieve effecten van suïcidaal gedrag dat heeft plaatsgevonden, te minimaliseren. Postventie is ook preventie omdat het tot doel heeft nieuwe pogingen bij mensen die een poging tot zelfdoding achter de rug hebben, te voorkomen en nabestaanden van zelfdoding - een belangrijke risicogroep - een degelijke opvang te bieden.
Uit wetenschappelijk onderzoek is bekend dat een suïcidepoging de belangrijkste risicofactor is voor suïcide. Het geeft aan dat er een onderliggend suïcidaal proces aanwezig is. Elke poging moet ernstig genomen worden, ongeacht de aanleiding of de ernst van het toegebrachte letsel.
Aandachtspunten bij het opstellen van een stappenplan bij een poging tot zelfdoding
Een stappenplan moet uitgewerkt worden op maat van de school. Het zal samenhangen met de visie van de school op het zorgbeleid en de structuur van de zorgwerkgroep, de grootte van de school, de inbedding, het reeds bestaande netwerk ... Het schoolpersoneel moet in elk geval op de hoogte zijn van het stappenplan. Het stappenplan moet ook regelmatig opnieuw overlegd en geëvalueerd worden.
De PRO.-pagina Crisiscommunicatie geeft informatie over crisissen en de wijze waarop de school kan reageren. Het biedt een handreiking bij het maken van een draaiboek waarin zowel de handelswijze tijdens crisissen wordt beschreven als het omgaan met de pers aan bod komt. Daarnaast werden een checklist, enkele voorbeelden en tips voor crisiscommunicatie als bijlage toegevoegd.
Elke situatie is anders. Gebruik maken van de ervaringen van anderen kan voorkomen dat situaties escaleren en dat extra leed wordt veroorzaakt. Scholen die over een crisisdraaiboek beschikken, hebben in ieder geval enig houvast, al zal het nooit voor elke situatie alle oplossingen bieden.
Het stappenplan moet rekening houden met:
Volgende vragen kunnen helpen bij de uitwerking van dit stappenplan:
Ook dit stappenplan moet een lijst bevatten van alle genoemde personen (bij afwezigheid: de eventuele vervangers) en instanties die in het plan vermeld worden (namen, adressen, telefoonnummers).
Na een suïcide(poging) kan men bijvoorbeeld verkeerdelijk besluiten om de leerlingen naar huis te sturen omdat in een dergelijk emotionele toestand toch geen les kan gegeven worden. Dat heeft echter als gevolg dat leerlingen die dag misschien helemaal niet worden opgevangen en met hun emoties alleen achter blijven.
Gesprekken voeren met leerlingen over emotioneel beladen onderwerpen als doodgaan en suïcidaal gedrag moet verantwoord gebeuren. Als de medeleerlingen niet op de hoogte zijn van de poging en de betrokken jongere dat ook niet wenst, dan zal men de medeleerlingen ook niet inlichten. Als anderen wél op de hoogte zijn, of het vermoeden bestaat, is het nodig hierover met hen te praten.
Tips
Wanneer de jongere daadwerkelijk een poging tot zelfdoding heeft ondernomen, is het soms aangewezen om hem tijdelijk op te nemen in een ziekenhuis of crisiscentrum. Door de beschermende sfeer die daar soms heerst, kan de jongere tijdelijk bevrijd worden van de spanningen waarmee hij thuis of op school werd geconfronteerd. De terugkomst op de school moet dan ook goed worden voorbereid in overleg met de ouders en de betrokken leerling. Het is belangrijk te weten of nazorg voor de betrokken jongere al op gang is gebracht. Wanneer dit nog moet geregeld worden, gebeurt dit best in samenspraak met het CLB.
Het is de bedoeling dat de leerling zich begrepen en gesteund voelt en zo normaal mogelijk zijn studies kan verder zetten. Wanneer het functioneren op school mee aan de oorsprong van de poging lag, dringt de aanpak van deze problemen zich op.
Aandachtspunten bij het opstellen van een stappenplan na een zelfdoding
Een leerling verliezen door zelfdoding is één van de meest aangrijpende gebeurtenissen die zich in een school kunnen voordoen. Het brengt bij leerlingen en vrienden hevige emoties teweeg en roept allerlei vragen op: Waarom? Heeft iemand dit zien aankomen? Wat hadden we kunnen doen om dit te voorkomen? Hoe gaan medeleerlingen reageren? Hoe kunnen we ze best opvangen? In betrekkelijk korte tijd moeten veel initiatieven genomen worden door en voor het schoolpersoneel, de familie en de medeleerlingen.
Iedereen rouwt op zijn manier en moet daar ook de ruimte voor krijgen. Samen met jongeren rouwrituelen bedenken en realiseren kan helpen om het verlies te verwerken. Jongeren houden van eigentijdse rituelen: een stille schrijfruimte, een plaats waar men terecht kan om het verdriet te delen, om zacht te praten of een kaarsje aan te steken bij de foto van de overleden jongere, een schrijfboek waarin ze afscheidswoorden kunnen noteren. De verjaardag van de leerling of de verjaring van het overlijden zijn momenten die extra aandacht verdienen (ook op langere termijn).
Rouwkoffers met daarin teksten, poëzie, symbolen, informatie, werkvormen, muziek ...voor jongeren en begeleiders rond omgaan met verlies en om een afscheids- of herdenkingsviering van een jong iemand in elkaar te steken. Meer informatie vind je op de PRO.-pagina Verlies en rouw en de website van Rouw en verlies Vlaanderen.