Nog tot 17 juni 2024 kun je een aanvraag indienen voor extra middelen als er een capaciteitstekort bestaat in je onderwijszone of in een naburige onderrwijszone. Het gaat om 19 491 euro voor leerlingen basisonderwijs en 25 988 euro voor leerlingen seundair onderwijs.
In je school moet het aantal leerlingen met een IAC-verslag met minstens 7 toenemen ten overstaan van vorig schooljaar (teldatum februari 2025 versus teldatum februari 2024) in één van de volgende vier categorieën:
Je mag de toename van de leerlingenaantallen van de verschillende types niet samentellen. Ook samentellen over de onderwijsniveaus heen is niet toegelaten. In het secundair onderwijs mag wel worden gesommeerd over de opleidingsvormen heen.
Je mag de middelen aanwenden voor personeels- en werkingskosten.
Scholen die omwille van een herstructurering tellen of hertellen op 1 oktober 2024 komen niet in aanmerking voor de subsidie.
Hier vind je bijkomende toelichting, de projectoproep (helemaal onderaan de webpagina onder de hoofding ‘Extra informatie – Documenten: kies de onderste die betrekking heeft op 2024!) met daarin de onderwijszones met capaciteitstekorten per type en onderwijsniveau (gerangschikt van zones met grote tekorten naar zones met kleine tekorten) en de toegang naar het elektronisch aanvraagformulier.
De toename van het aantal in aanmerking komende leerlingen wordt berekend per instellingsnummer.
Voorbeeld: wanneer school A van schoolbestuur X het aantal in aanmerking komende leerlingen van een bepaald type ziet toenemen met 6 leerlingen en school B van datzelfde schoolbestuur X het aantal in aanmerking komende leerlingen van datzelfde type ziet toenemen met 5 leerlingen, dan zal geen subsidie worden ontvangen. Dat er in schoolbestuur X een toename is met 11 leerlingen doet er niet toe. Er wordt geteld per instellingsnummer. Geen van beide instellingsnummers heeft een toename van 7 leerlingen of meer.
Het bedrag van de subsidie lijkt op het eerste zicht aantrekkelijk maar je moet er wel rekening mee houden dat je school het bedrag maar één enkele keer ontvangt.
Voorbeeld: je school had al 12 leerlingen met een IAC-verslag type 2 basisonderwijs op de teldatum van februari 2024. Je verwacht dat er in schooljaar 2024-2025 20 leerlingen met een IAC-verslag type 2 basisonderwijs zullen inschrijven in je school en dat gebeurt ook echt. De 8 extra leerlingen starten allemaal in het eerste leerjaar. Als je een aanvraag hebt ingediend voor 8 leerlingen extra, dan ontvang je in schooljaar 2024-2025: 19 491 euro per extra leerling x 8 leerlingen = 155 928 euro subsidie. Wanneer deze leerlingen allemaal gedurende 6 schooljaren inschrijven in de school, dan moet je er voor zorgen dat de extra kosten van 6 schooljaren kunnen gedragen worden met de eenmalige subsidie van 155 918 euro. In de 5 volgende schooljaren krijg je voor deze leerlingen alleen het gewone werkingsbudget zoals je dat ook krijgt voor de andere leerlingen van de school.
Wanneer deze leerlingen allemaal gedurende 6 schooljaren inschrijven in de school, dan moet je er voor zorgen dat de extra kosten van 6 schooljaren kunnen gedragen worden met de eenmalige subsidie van 155 918 euro. In de 5 volgende schooljaren krijg je voor deze leerlingen alleen het gewone werkingsbudget zoals je dat ook krijgt voor de andere leerlingen van de school.
De subsidie wordt alleen toegekend als de onderwijszone waarin de school gelegen is een capaciteitstekort heeft voor het type en onderwijsniveau waarvoor je een aanvraag wil indienen. Als er nog middelen over zijn nadat alle aanvragen vanuit onderwijszones met een capaciteitstekort ingewilligd zijn, kunnen ook de naburige onderwijszones subsidie ontvangen.
Als er minder middelen kunnen verdeeld worden dan er aanvragen zijn, dan krijgen de onderwijszones met grotere capaciteitstekorten voorrang. De aanvragen uit onderwijszones met kleinere capaciteitstekorten worden dan niet ingewilligd.
Controleer of je onderwijszone een capaciteitstekort heeft voor het type en het opleidingsniveau waarvoor je de subsidie wil aanvragen. Bijvoorbeeld: de onderwijszone Oudenaarde heeft een capaciteitstekort voor secundair onderwijs type 3 maar niet voor secundair onderwijs type 2 en ook niet voor basisonderwijs type 2 en basisonderwijs type 3.
Als de werkelijke toename van het aantal in aanmerking komende leerlingen groter is dan de geraamde toename, dan krijg je maar subsidie overeenkomstig de geraamde toename. Je raamt beter een wat te hoge toename dan een te lage.
Cijfervoorbeelden:
Wanneer er meer aanvragen zijn dan middelen, dan zullen de scholen gerangschikt worden in functie van de toename. Scholen met een grote toename zullen wel budget krijgen en scholen met een kleine toename niet. Of er daarbij rekening wordt gehouden met de werkelijke toename of met de geraamde toename is niet verduidelijkt.
Voor minder dan 7 extra leerlingen krijg je geen subsidie tenzij er sprake zou zijn van overmacht. Onder welke omstandigheden je overmacht kunt inroepen, is niet gespecificeerd.
Cijfervoorbeeld: een school heeft een subsidieaanvraag ingediend. In werkelijkheid bedraagt de toename slechts 6 leerlingen in het onderwijsniveau en voor het type dat is aangevraagd. In dat geval krijgt de school geen subsidie. Het maakt in dat geval niet uit welke toename de school vermeld had in de aanvraag. Als de school in de aanvraag 7 extra leerlingen had vermeld, dan zal de subsidie nul euro bedragen. Als de school in de aanvraag 10 extra leerlingen had vermeld, dan zal de subsidie eveneens nul euro bedragen.