De leerlingen leggen onderlinge verbanden binnen en tussen de verschillende maatschappelijke domeinen.
Het referentiekader en de onderliggende categorieën bieden de leerlingen een houvast om historische informatie te verwerken. Het zijn echter hulpmiddelen om een complexe historische realiteit te vatten, een realiteit waarin historische fenomenen met elkaar verweven zijn. Deze doelstelling laat leerlingen die dynamiek in kaart brengen zodat de maatschappelijke domeinen geen hokjes of statische informatie worden.
De leerlingen kunnen bij het bestuderen van historische samenlevingen aangeven hoe de verschillende maatschappelijke domeinen elkaar beïnvloeden, hoe ontwikkelingen binnen een maatschappelijk domein verlopen of hoe (f)actoren binnen een maatschappelijk domein op elkaar inhaken (bijvoorbeeld filosofie, kunst en religie binnen het culturele domein).
1. Je kunt een tekstfragment afdrukken met extra interlinie zodat de leerlingen passages kunnen onderstrepen of markeren en aangeven welke domeinen aan bod komen. Dat is al een belangrijke eerste stap om vervolgens de verbanden te analyseren. De interlinie is belangrijk omdat sommige begrippen meerdere kleuren of codes kunnen krijgen.
De antwoorden van de leerlingen zullen verschillen. Dat is net de bedoeling want deze inschatting is verre van eenduidig. Je kan die vaststelling gebruiken om de leerlingen te wijzen op het belang van perspectieven en argumenten. Merk op dat leerlingen hier nog geen verbanden moeten leggen. Ze merken wel dat de domeinen samenhangen.
2. Je kunt leerlingen expliciet laten nadenken over de verbanden via ondersteunende schema’s. Vele van die schema’s kan je rechtstreeks invoegen in je tekstverwerker.
Het schema kan het verband in kaart brengen zonder het te benoemen. Je kunt met het onderstaande schema spelen: je kan de gebeurtenis bovenaan zetten, je kan domeinen benoemen of openlaten, gebeurtenissen benoemen of openlaten, gebeurtenissen vervangen door personen, objecten etc.
3. Je kunt bovenstaande oefening ook maken door de begrippen af te drukken op kaartjes en die te lamineren. Leerlingen kunnen dan met pijlen de kaartjes verbinden. Leerlingen kunnen met whiteboardstiften het maatschappelijk domein aanduiden.
4. Voorbeeld ontleend aan www.histoforum.net