- Fase 1: oriëntatie en probleemstelling.
- Probleemstelling: Op de werkplek is er te veel lawaai.
- Omgevingslawaai of geluidsbelasting direct aan of in een gebouw bepalen mee de leefomgevingskwaliteit in onze woon- , school- en werkomgeving. Geluid kan hinderlijk zijn maar kan ook de belevingswaarde van een plek verhogen, de sociale interactie verbeteren en een gezonde leefomgeving stimuleren.
- Fase 2: Het onderzoek voeren.
- Onderzoeksmethode:
- Onderzoeksdoelen: Bij het bepalen van de onderzoeksdoelen kan je kiezen voor: fundamenteel of toegepast, verkennend of verklaren, indicatief of deductief.
- In dit voorbeeld werd gekozen voor fundamenteel onderzoeken en is gericht op de ontwikkeling van kennis, theorieën en voorspellingen.
- We willen het wetenschappelijk inzicht vergroten EN een praktisch probleem oplossen.
- Fundamenteel onderzoek kan starten op de locatie om kennis te verzamelen van het probleem en te observeren. Je kunt technische voorschriften raadplegen in het kader constructie-opbouw, materialenkeuze …
- Gegevensverzameling:
- Onderzoeksdata: Welk soort data wil je verzamelen?
- Je kunt gebruik maken van verschillende methodieken zoals:
- Kwalitatieve onderzoeksmethoden, richten zich meer op woorden.
- Kwantitatieve onderzoeksmethoden, richten zich op cijfers en statistieken.
- Primaire data, worden direct door de onderzoeker verzameld (e.g., via interviews of experimenten)
- Secundaire data, zijn al door iemand anders verzameld (e.g., via overheidsenquêtes of wetenschappelijke publicaties).
- Descriptief (beschrijvend) onderzoek hier verzamel je data zonder variabelen te controleren.
- experimenteel onderzoek hier manipuleer en controleer je variabelen om oorzaak en gevolg vast te stellen.
- Soorten steekproefmethoden, tijdschema en setting:
- Hoe ga je proefpersonen selecteren? Wanneer en hoe vaak de data verzamelen? Waar zal het onderzoek plaatsvinden? (soort onderzoek: aselecte – selecte steekproef, cross-sectioneel – longitudinaal,veldonderzoek – laboratoriumonderzoek, fixed – flexibel)
In dit voorbeeld werd gekozen voor een longitudinaal en veldonderzoek (op de locatie van de probleemstelling) - Bij longitudinaal onderzoek verzamel je data op verschillende tijdstippen.
- Veldonderzoek vindt plaats in een natuurlijke of reële setting.
- Je kunt op verschillende tijdstippen veldonderzoek uitvoeren door geluidsmetingen uit te voeren, te observeren hoeveel personen op verschillende momenten op een werkplek aanwezig zijn en hoe verschillend externe geluidsbronnen zijn.
- Onderzoeksmethode bepalen:
- Op basis van de steekproeven kun je kan je beslissingen nemen over je onderzoeksmethoden (experiment, enquête, interview, observatie, literatuurstudie, case study).
In dit voorbeeld werd gekozen voor observatie, literatuurstudie en case study. - Observatie verloopt samen met het veldonderzoek.
Als literatuurstudie kan hier gebruik gemaakt worden van technische voorlichting door Buildwize.
- Fase 3: de onderzoeksvraag.
- Afhankelijk van de complexiteit kan er gekozen worden om de onderzoeksvraag te verfijnen of op te splitsen in meerdere deelvragen:
- De hoofdvraag:
- Welke elementen zorgen voor een verbetering van het akoestisch comfort en hoe haalbaar zijn ze in deze ruimte?
- De deelvragen:
- DV 1. Welke elementen dragen bij tot de verspreiding van het lawaai op de werkplek?
- DV 2. Welke elementen dragen bij tot het absorberen van het lawaai op de werkplek?
- DV 3. Welke ingrepen zijn haalbaar?
- Hypothese: (een voorlopige stelling)
- Ik denk dat het probleem al voor de helft is opgelost als er gordijnen opgehangen worden.
- Contexten:
- Materiaaleigenschappen, veiligheid, werkcomfort of wooncomfort.
- Fase 4: Conclusie en rapportering:
- De leerlingen interpreteren het resultaat in relatie tot de probleemstelling of de onderzoeksvraag en formuleren conclusies.